9
15 JANUARI 1970
Een uitermate belangrijke zaak is verder de betrokkenheid van de
bevolking wanneer het gaat om maatregelen op het gebied van de ruim
telijke ordening. Ik denk hierbij speciaal aan het inschakelen van func
tioneel betrokkenen en ook van anderen bij de ontwikkeling van de binnen
stad. Er ligt hier vanzelfsprekend voor ons allen een taak om door stede-
bouwkundige maatregelen de stad aantrekkelijk te houden. Dit is een zeer
moeilijke en gevoelige opgave voor onze oude binnenstad, die van oor
sprong geen weet heeft van rechtlijnige stedebouw en van verkeersconges-
ties. Verder zal informatie worden gegeven over de op handen zijnde
studie van de toekomstige structuur van Breda en zal er meer duidelijkheid
moeten worden geschapen in het beleid dat door provincie en gemeente
is gevoerd met betrekking tot de gemeentelijke herindeling en de samen
werking.
Bij dit alles is de totstandkoming van het informatiecentrum van
doorslaggevende betekenis, maar evenzeer het organiseren van jeugd-
dagen, het houden van hearings, het geven van informatie aan nieuwe
inwoners, het samenstellen van een brochure voor de jonge kiezers, enz.
Het college van burgemeester en wethouders heeft voor een aantal van deze
activiteiten de nodige voorbereidingen getroffen.
Ik vind het ook van groot belang dat bij daarvoor geëigende gebeur
tenissen in de stad de bevolking meer wordt betrokken. Wij hebben het
vorige jaar -- en naar ik meen met succes -- enkele "open dagen" geor
ganiseerd. Ik meen ook dat bijvoorbeeld bij de ontvangst van het stads
bestuur ter gelegenheid van de jaarwisseling steeds meer mensen kunnen
worden betrokken. Het begin dat hiermee is gemaakt, los van de plaats,
verdient stellig herhaling.
Tenslotte spreek ik de hoop uit dat ons gezamenlijke werk, waarvan
wij ook thans weer door de gebeurtenissen in de wereld de betrekkelijkheid
inzien, voor stad en inwoners waardevol moge zijn. Ik dank u voor uw
aandacht.
Dan ga ik vervolgens over tot de behandeling van de agenda.
1. VASTSTELLING VAN DE NOTULEN VAN DE RAADSVERGADERINGEN
VAN 13 EN 20 NOVEMBER 1969.
De heer BROOIMANS: In de notulen van 13 november op bladzijde 666
op 3/4 hoogte zijn mij twee zinnen in de mond gelegd, die evenwel niet
van mij afkomstig zijn maar van de heer van der Werff.
In de notulen van 20 november is mij bladzijde 679 onthouden, die
is namelijk blanco. Mijn collega van Banning heeft gezegd dat bij hem
bladzijde 699 blanco is.
De VOORZITTER: Wij zullen pogen de gevraagde pagina's aan te
vullen en wat die twee zinnen betreft zullen wij de naam van de heer
Brooimans wijzigen in die van de heer van der Werff.
De heer VAN LOON: Op bladzijde 682 van de notulen van 20 novem
ber zijn enkele zinnen met elkaar in tegenspraak. Daar zou moeten staan
--ik heb het op papier gezet, zodat ik het dadelijk aan de notulist kan
geven --: "Uit het stuk is wel te lezen, althans het wordt gesuggereerd,