1004 16 AUGUSTUS 1971 Natuurlijk mag de redactie dat, maar men moet zich wel realiseren dat voorstellen, bijv. gedaan door de Trapkes, het museum, de bibliotheek e. d.bijna altijd geld kosten. Het gemeentebestuur wil dan door middel van een aantal schrappingen komen tot een zodanige oplossing dat het museum, de bibliotheek èn de Trapkes kunnen blijven voortbestaan. De overheid doet dat altijd, zij hanteert strenge maatstaven. Ik zie niet in waarom dat bij Oelaat niet zou mogen. De heer van Os heeft gewespn op het bejaardenblad, dat volgens mijn informatie rond 12/000 lezers heeft. De heer VAN OS: En hoeveel kost het Wethouder MANS; Ik weet dat niet, ik ben wethouder van jeugd en sport. De aanvraag is acht maanden onderweg ge weest. Ik zal in het kort releveren wat er gebeurd is. Eind december is de aanvraag ingekomen. In januari volgde monde ling contact met Oelaat. Op 2 februari heeft het college over het verzoek gepraat. Op grond van de argumentatie die toen gevoerd werd volgde een gesprek met Oelaat in maart. Op 28 maart volgde een brief van Oelaat. Op 20 april kwam die in het college aan de orde. De discussie werd op 27 april voortgezet. Begin mei is telefonisch aan Oelaat medegedeeld dat het verzoek was afgewezen. Op 12 mei stuurde Oelaat een brief aan de raad. Op 26 mei is er een brief naar Oelaat gegaan waarin de telefo nische mededeling verwoord was. Op 24 juni werd in de raad een verzoek om preadvies gedaan. De culturele raad brengt advies uit op 27 juli en op 3 augustus kwam dat preadvies in de raad aan de orde. Inderdaad is de aanvraag acht maanden onderweg, maar ik hoop hiermee gedemonstreerd te hebben dat de procedure, waarin inspraak van Oelaat en de culturele raad gerealiseerd is, tijd kost. Onder de problematiek van de tijd kunnen wij vrij moeilijk uit. Ik heb respect voor de meningsvorming die naar aan leiding van mijn optreden van vanavond naar voren is gekomen. Iedereen heeft het recht daarover zijn goedkeurend of afkeurend oordeel uit te spreken. Het college staat op het standpunt dat men het recht heeft een minderheidsstandpunt in te nemen. De wijze waarop een minderheidsstandpunt kenbaar gemaakt wordt is uiteraard iets anders. Vanavond hebben wij deze methode in praktijk gebracht. Ik geloof dat discussie over de methode een zinvolle kan zijn, zeker na hetgeen er vanavond over gezegd is. Ik wil niet zeggen dat deze methode de enig juiste is, ik geef haar graag voor een betere, wat misschien een mooi vraagstuk is voor de democratiseringscommissie. Men heeft opgemerkt dat ik wat schizofreen lijk. In het begin heb ik al opgemerkt dat de argumenten pro en con tra in een ander vlak liggen. Hierna wordt het voorstel van burgemeester en wet houders in stemming gebracht en met 20 tegen 13 stemmen aangenomen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1971 | | pagina 1004