1054
16 SEPTEMBER 1971
De heer CRUL: Wij stellen voor punt 19 van de agenda af te
voeren, teneinde de raad in de gelegenheid te stellen een andere'be
stemming te geven aan de extra vergoeding die de leden toekomt in
gevolge het voorstel dat nu aan de orde is.
Wethouder BROEDERS: Het voorstel dat is ingediend is in strijd
met de wettelijke bepalingen. Het staat de raad vrij te bepalen waar
en wanneer een vergoeding wordt betaald. Hij kan bij wijze van spre
ken beslissen dat een raadsagenda in één keer wordt behandeld, ook
al zou men er twee avonden aan besteden. Hij kan beslissen dat twee
afdelingsvergaderingen op één dag beschouwd worden als één vergade
ring. Hij kan besluiten dat voor een raadsvergadering geen presentie
geld wordt betaald; hetzelfde geldt voor afdelingsvergaderingen. Dat
is de bevoegdheid van de raad. De wet bepaalt dat de hoogte van de
vergoeding wordt vastgesteld door gedeputeerde staten. Men kan niet
bepalen dat een bepaalde verhoging van de presentiegelden, die alle
raadsleden toekomt, voor een ander doel dient te worden aangewend.
Die bevoegdheid heeft de raad niet. Hij kan wel beslissen dat er eens
gesproken moet worden over al die andere dingen en wellicht komt
daar dan een initiatiefvoorstel uit.
De heer CRUL: Wij willen niet handelen in strijd met de wet,
zodat wij ons voorstel intrekken.
Zonder hoofdelijke stemming wordt het voorstel van burgemees
ter en wethouders vervolgens met algemene stemmen aangenomen.
20. VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT WIJZI
GING VAN HET AANTAL UREN LOGOPEDIE VOOR DE OPENBARE
SCHOOL VOOR KINDEREN MET LEER- EN OPVOEDINGSMOEILIJK
HEDEN.
21. VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT HET
VERLENEN VAN EEN VOORSCHOT OP DE VERGOEDING, BEDOELD
IN ARTIKEL 126 VAN DE KLEUTERONDERWIJSWET, AAN DE
BESTUREN VAN DE BIJZONDERE KLEUTERSCHOLEN OVER DE
JAREN 1970 EN 1971.
22. VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT VAST
STELLING VAN DE GEMEENTELIJKE EXPLOITATIEVERGOEDING
VAN DE BIJZONDERE SCHOLEN VOOR BUITENGEWOON LAGER
ONDERWIJS OVER HET JAAR 1970 (ARTIKEL 191 VAN HET BE
SLUIT BUITENGEWOON ONDERWIJS 1967).
23. VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT VAST
STELLING VAN DE GEMEENTELIJKE EXPLOITATIEVERGOEDING
VAN DE BIJZONDERE LAGERE SCHOLEN OVER HET JAAR 1970
(ART. 101 DER L.O.WET 1920).
24. VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT HET
VERSTREKKEN VAN EEN VOORSCHOT OP DE GEMEENTELIJKE
VERGOEDING, BEDOELD IN ARTIKEL 101BIS DER LAGER ONDER
WIJSWET 1920 OVER HET JAAR 1971 AAN DE BESTUREN VAN
DE BIJZONDERE SCHOLEN VOOR G.L.O. IN DEZE GEMEENTE.