1079 20 SEPTEMBER 1971 worden of wanneer er plannen tot sloop bestaan, neemt het aantal sloopgevallen steeds meer toe. Hiervoor zou ik de mensen die zo juist hebben gerestaureerd willen behoeden. Het zou jammer zijn van hun inspanning en het zou bovendien heel erg jammer zijn van de straat, want als er wordt gesloopt, wordt zij steeds minder aan trekkelijk. De panden die naast de Witte Wijngaard staan, zullen dan ook voorlopig zeker niet voor sloop in aanmerking dienen te komen. Bovendien moeten wij bedenken dat bij het verdwijnen van deze panden op de monumentenlijst ook de restauratiesubsidie ver valt. Derhalve verzoek ik de wethouder de tweede helft van het voorstel terug te nemen en daarmee terug te komen zodra er con crete plannen kunnen worden aangeboden voor de nieuwe bebouwing. Op dat moment kunnen wij dan altijd nog een beslissing over deze zaak nemen. De heer GEENE: Het zal u misschien verbazen dat twee mensen die nogal eens van mening verschillen het op dit punt eens zijn. Ik heb dan ook weinig aan het betoog van mevrouw Van Nes toe te voegen, hoewel ik graag zou hebben gezien dat zij in een wat rui mer verband had gesproken. Dit wil ik nu graag doen. Toen ik dit voorstel bestudeerde, vroeg ik mij af: wat zijn wij eigenlijk in Brabant aan het doen? Ik geloof dat het langzamerhand iedereen begint op te vallen. Wij hebben Eindhoven, een moderne stad. Er was overigens niet veel anders van te maken: er waren vijf kernen voor de bulldozer zijn werk begon, maar ook de oorlog heeft er de nodige verwoestingen aangericht. Ook Tilburg had verschillen de kernen en hier heeft eveneens de bulldozer zijn werk gedaan. Over het resultaat kan men van mening verschillen. Voorts is er Den Bosch met een heel ander karakter. Breda lijkt daar een beet je op en de bestuurders van beide steden zitten met hetzelfde pro bleem: zij weten niet wat zij met de binnenstad moeten beginnen. De een vindt dat er een moderne stad moet komen, de ander wil de oude stad handhaven en de volgende is van mening dat er best een mixture kan komen: moderne gebouwen in de oude binnenstad. Zolang wij hieromtrent echter geen zekerheid hebben, geloof ik dat wij moeten waken voor sloop in de binnenstad van welk oud pand dan ook. Als u stelt dat Het veel eenvoudiger is per pand een sloop vergunning aan te vragen, dan moet ik u daarin gelijk geven, maar ik zou graag zien dat het beroepschrift betreffende deze twee panden ook wordt ingetrokken en dat deze hetzelfde als de andere panden worden behandeld. De zaak kan dan nog eens worden bekeken; daar na kan alsnog een sloopvergunning worden aangevraagd als het nog nodig zou blijken te zijn, hetgeen ik overigens betwijfel. Wij heb ben reeds een mooi voorbeeld: in een ander Brabants stadje is men momenteel volop bezig met restauratiewerkzaamheden; in tegenstel ling tot hier staan er nieuwe panden op de slooplijst en het is daar om dat ik u vraag voorzichtig te zijn met het slopen. De heer FROG ER: Ik kan kort zijn, want ik ben het volkomen eens met mevrouw Van Nes en de heer Geene. Er is evenwel iets dat ik niet begrijp, namelijk de gehanteerde argumentatie om deze twee panden reeds nu voor sloop te bestemmen. Immers, het door de wethouder aangehaalde wetsartikel voor de andere kwesties kan hiervoor even goed worden gehanteerd en er staat nadrukkelijk in de wet dat de minister, als men om een sloopvergunning vraagt, binnen zes maanden beslist. Mij dunkt dat als het straks in het kader

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1971 | | pagina 1079