10 14 JANUARI 1971 aanneem door onverlaten ontvreemd. Zou het mogelijk zijn deze essentiële voorziening voor de veiligheid van de daar spelende kin deren wederom aan te brengen? ANTWOORD. Op het tijdstip van de vraag was de opdracht tot herstel reeds ver strekt. Door lange levertijden heeft de uitvoering van de werkzaam heden op zich laten wachten, doch* 15 november zijn de werkzaam heden uitgevoerd. VRAAG, (gesteld in de raadsvergadering van 12 november 1970) De heer JANSEN zegt: op het kruispunt Taxandrialaan- van Duijvenvoordestraat hebben bij mijn weten in de afgelopen maand ten minste vier of vijf autobotsingen plaatsgevonden, die gelukkig beperkt zijn gebleven tot een aanzienlijke blikschade. Ik verzoek het college maatregelen te treffen, bijvoorbeeld door het plaatsen van verkeersborden, om de veiligheid te vergroten en zodoende het gevaar te beperken. ANTWOORD. Op bedoelde kruising vonden in het afgelopen jaar vier aanrijdingen plaats, die ter kennis van de politie werden gebracht. Deze aan rijdingen, waarbij uitsluitend materiële schade ontstond, waren het gevolg van het niet verlenen van voorrang door een der betrokkenen. De wegen, die deze kruising vormen zijn gelijkwaardig, zodat het niet mogelijk is een voorrangskruising ten behoeve van het ver keer op een van beide wegen te maken. Evenmin is het mogelijk het uitzicht ter plaatse, dat vanwege de aanwezige bebouwing zeer beperkt is, te verbeteren. De weggebruikers, die dit soort wegkruisingen passeren, dienen de nodige voorzichtigheid in acht te nemen. Wij achten het niet nood zakelijk op genoemde kruising maatregelen te nemen. VRAAG, (gesteld in de raadsvergadering van 12 november 1970) De heer VAN DUIJL merkt op: gezien het grote aantal vragen dat reeds op het college is afgevuurd, is het met enige aarzeling dat ik toch ook nog een vraag stel. Ik heb namelijk tot mijn spijt moeten constateren dat het college nogal traag is met de beantwoording van de vragen. Op 14 mei heb ik in de rondvraag een vraag gesteld over een bushalte in de Doornboslaan. Ik heb daarop tot heden geen antwoord gehad. In de vergadering van 25 juni ontving ik de toezegging dat er antwoord zou komen op een vraag die ik in de vergadering daarvoor had gesteld, maar ook deze vraag is nog niet beantwoord. Inmiddels heb ik nog twee vragen gesteld. De derde vraag is al door de vijfde achterhaald, terwijl de andere vraag

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1971 | | pagina 10