1090 20 SEPTEMBER 1971 voldoende hemelwaterafvoer is en ik mag veronderstellen dat het hieraan ontbreekt doordat er naar de leegstaande panden niet meer wordt omgekeken. Het heeft ons verwonderd dat men bij de dienst van openbare werken niet op het idee is gekomen dat het daar niet goed gaat. Hiervan is het gevolg dat men hoofdzakelijk was aange wezen op de klachten van de bewoners. Mevrouw VAN NES-BRANDS: Tijdens de pauze in de vergadering van donderdag jl. hebben wij een schrijven in handen gekregen van de Bond van huurders en woningzoekenden, die in dit gebied werk zaam is geweest en nog is. In die brief wordt een aantal eisen naar voren gebracht die indertijd zijn gesteld door de bewoners in samen werking met deze bond en naar aanleiding waarvan de wethouder de wijk heeft bezocht en er gezamenlijk over de moeilijkheden is gesproken. Ik geloof dat wij blij kunnen zijn dat er een samenspraak mogelijk is. Helaas blijkt nu dat het gesprek niet bevredigend is ge weest, maar dat had ook eigenlijk niet anders gekund, want de eer ste twee eisen zijn: alle bewoners binnen een half jaar de wijk uit en alle bewoners een goede en betaalbare woning. En de betaalbare woningen zijn er niet: dat is het probleem waarmee wij zitten. Het is ook een politiek probleem, want de wethouder heeft met betrek king tot de renovatie reeds gezegd dat het met het huidige kabinet moeilijk zal zijn dit te realiseren. Ik neem aan dat de wethouder dit kabinet steunt en ik geloof dat wij alle politieke druk zullen moeten en kunnen gebruiken. Dit geldt niet alleen voor de partij waarvan de wethouder deel uitmaakt, maar voor alle partijen die wij vertegenwoordigen. Er zijn slechts weinig mogelijkheden om deze mensen aan een betaalbare woning te helpen. In feite zijn dat alleen de doorstroming en de nieuwbouw. Ik heb echter al eens eerder gezegd dat wij het doorstromingsbeleid heel aardig vinden, maar dat het veel te slap is. Er komt niets van terecht. Wij heb ben een voorstel aangenomen tot het verhogen van de premies, maar er is waarschijnlijk niemand die daaraan behoefte heeft. Volgens mij zal de gemeente veel stringentere maatregelen moeten nemen en de doorstroming moeten opdringen, hoe onsympathiek dat ook zijn mag, maar het is misschien een methode om goedkope wonin gen vrij te krijgen. De nieuwbouw biedt helaas bijna helemaal geen soelaas, omdat deze woningen, ook met huursubsidie, gewoon veel te duur zijn voor de minst-draagkrachtigen, over wie het in dit ge val gaat. Bovendien is de gemeente gehandicapt door de huurlibera- lisatie, die vorig jaar in Breda is ingevoerd. Hierdoor moet een aan tal mensen onmiddellijk aan een woning worden geholpen, waardoor de mensen uit de saneringswijken ook weer niet in aanmerking kun nen komen. Dit blijkt ook wel, want in de brief van de Bona van huurders en woningzoekenden wordt er een aantal van te verplaat sen gevallen genoemd van 83, terwijl in het voorstel reeds wordt gesproken over 48. In de korte tijd die hier tussen ligt is het aantal dus met bijna de helft verminderd en het zou zelfs niet verbazing wekkend zijn als het laatste aantal ook niet helemaal zou kunnen worden geplaatst. Het tijdelijk instandhouden van woningen is nog het enige wat wij kunnen doen. Men kan natuurlijk zeggen dat zo'n voorstel er helemaal niet had mogen zijn, maar het is er nu en het moet er op dit ogenblik zijn. Het is een lapmiddel, maar het is de enige mogelijkheid. Ik kan derhalve wel met het voorstel akkoord gaan, maar ik geloof dat wij geen enkele reden hebben

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1971 | | pagina 1090