1174 18 OKTOBER 1971 39. VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT VERHOGING VAN HET VOORBEREIDINGSKREDIET T. B. V. DE BOUW VAN HET OVERDEKT ZWEMBAD AAN DE HOOILAAN. De heer VAN MERKOM: In de raadsvergadering van 14 augustus 1969 is besloten overeenkomstig uw voorstel een aanvullend voorbereidings- krediet te verlenen voor de bouw van een 50-meter bad aan de Hooi- laan, waardoor de voorbereidingskosten toen gebracht werden op 400. 000,--. Op 12 maart 1970 -- dus ruim een half jaar later -- is wederom door de raad medewerking verleend voor het ter beschik king stellen van een bouwkrediet om inderdaad te komen tot de reali satie van dat zwembad. Van de wethouder zou ik graag willen weten of op dat moment de voorbereidingskosten reeds de vier ton overschreden hadden of -- indien dat niet het geval was -- hoeveel er dan op 12 maart 1970 van die voorbereidingskosten waren opgesoupeerd. De raad heeft op 12 maart 1970 inderdaad dat bouwkrediet goed gekeurd en in afwachting van de goedkeuring van gedeputeerde staten is men toen begonnen met verdere voorbereidende werkzaamheden, omdat het in de bedoeling lag op 1 mei daaropvolgend met de bouw te beginnen. Ik kan mij voorstellen dat dan ook inderdaad die voor bereidingen met rappe spoed ter hand genomen dienden te worden. Gezien de toestand op 12 maart 1970 was het inderdaad naar onze mening zeer verantwoord door te gaan met de voorbereidingen. Onze fraktie zou echter graag van de wethouder willen weten wanneer men twijfelde aan de goedkeuring van gedeputeerde staten. Kan de wet houder dan ook mededelen wanneer aan de aannemer is medegedeeld de voorbereidende werkzaamheden te temporiseren dan wel geheel te stoppen? Wanneer inderdaad de geplande termijn van 1 mei dreigt te zullen worden overschreden kan men ofwel hard doorwerken aan de snelle voorbereidende werkzaamheden ofwel de zaak enigszins indam men zo lang als doorwerken nog niet in resultaten lijkt te gaan uit monden. Op gegeven moment schijnen die voorbereidende werkzaam heden geheel gestopt te zijn. Kan de wethouder hierover mededelen wanneer dat is gebeurd en hoe lang het tijdsverloop was tussen 12 maart 1970 en het totaal stopzetten van de voorbereidingen? Is de afdeling openbare werken toentertijd ingelicht over de ontwikke lingen Hetgeen voor onze fraktie bepaalde moeilijkheden oplevert is het feit dat die werkzaamheden binnen een bepaald tijdsinterval verricht zijn, terwijl de aannemer daarvoor nu een bedrag claimt van 5% van het bouwkrediet. Dat is nogal een flink bedrag. Ik hoop dan ook dat de wethouder over voornoemde vragen een duidelijk antwoord kan geven. Onze fraktie wil met name duidelijk weten waarop de claim ten bedrage van 720. 000, -- door de aannemer is gebaseerd. Hierdoor is namelijk het voorbereidingskrediet met ruim 150.000,-- overschreden. Wij willen daarom graag weten in welke termijn deze claim is ontstaan. Verder zou onze fraktie graag weten wat wij nu in concreto hebben gehad aan dat krediet van 550.000,-- en of wij er in de toekomst nog iets aan zullen hebben. Kan de wethouder dan ook iets mede delen over de toekomstmogelijkheden die nu te overzien zijn? Tenslotte willen wij van de wethouder horen wat eventueel de consequenties zouden zijn wanneer wij dit aanvullend voorbereidend krediet niet goedkeuren. Wij kunnen namelijk onze besluitvorming

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1971 | | pagina 1174