1207
11 NOVEMBER 1971
zwaring van de functie met zich meegebracht.
De neer Melzer heeft, met ere hoezeer de omstandigheden ook
moeten worden betreurd -- afscheid genomen van het stadsbestuur.
Vanzelfsprekend zullen wij, zodra zijn gezondheidstoestand dat toe
laat, op een passende manier afscheid van hem nemen.
De heer KROON: Sprekende als nestor van deze raad wil ik na
mens deze raad toch gaarne enkele woorden wijden aan de grote
verdiensten van de heer Melzer voor de Bredase gemeenschap. Ge
durende ruim 13 jaar heeft hij de stad, waarin hij geboren en ge
togen is en die hem lief is, mogen dienen als lid van deze raad.
Hij heeft dit gedaan op de hem eigen wijze en uitgaande van zijn
liberale overtuiging, terwijl hij daarbij het goede zocht in het be
lang van Breda en zijn inwoners. Ik meen dat wij hem daarvoor
allen dankbaar moeten zijn. Het werk als raadslid is -- als men
het goed en met zin voor verantwoordelijkheid wil doen -- voor
waar geen sinecure. Persoonlijk heb ik de heer Melzer vanaf het
begin van zijn optreden in deze raad meegemaakt. Ik meen te mo
gen zeggen dat hij zich van zijn verantwoordelijkheid als lid van deze
raad volkomen bewust was en dat hij in zijn goede jaren -- toen hij
zich fysiek nog volkomen fit voelde voor geen enkele moeilijkheid
uit de weg ging en zelfs een vechter was die een eenmaal aange
vatte zaak niet gaarne meer losliet. Daarom is het dan ook zo jam
mer, dat zijn wethouderschap -- dat hij zelf zag als de bekroning
van zijn plaatselijke politieke carrière -- abrupt moest worden af
gebroken, omdat hij fysiek niet meer in staat was de op hem aan
stormende problemen de baas te blijven. Het moet voor hem on
getwijfeld een zware en moeilijke beslissing zijn geweest te bedanken
als lid van deze raad toen dit op medische indicatie jjoodzakelijk
bleek. Naast onze welgemeende dank voor alles dat /Bess Melzer voor
onze stad heeft gedaan wensen wij hem een voorspoedig herstel en
een goede toekomst met zijn gezin.
1. VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT VOORT
ZETTING VAN DE EXPLOITATIE VAN HET TURFSCHIP.
De heer VAN LOON: De raad heeft het langverwachte raadsvoor
stel over de situatie en de problematiek van het Turfschip mijns in
ziens veel te laat ontvangen. Eerst op 29 oktober 1971 hebben wij
dit belangrijke voorstel in de bus gekregen. De tijd om dit uitvoe
rige, belangrijke en moeilijke stuk over een complex van ingewik
kelde zaken goed te bestuderen was niet toereikend. Het overwegen,
het onderzoeken, het formuleren en motiveren van alternatieve op
lossingen was binnen dit tijdsbestek praktisch onmogelijk. Het college
komt na een half jaar nadenken en studeren tot een voorstel, waar
over de raad binnen anderhalve week moet beslissen.
In juni j. 1. is de raad akkoord gegaan met uitstel tot september
om het college de gelegenheid te geven een goed doordacht en vol
ledig uitgewerkt voorstel te doen. De K. V. P.-fractie is ernstig te
leurgesteld over de inhoud van dit raadsvoorstel en daarin staat deze
fractie niet alleen. Ook de Culturele Raad zegt in dit raadsvoorstel
niets te kunnen terugvinden van de door hem gedane suggesties.
Met de verbreding en de verruiming van de doelstelling naast
de inbouw van gemeenschapsaktiviteiten, zoals die in uw voorstel
worden genoemd, gaat onze fraktie uiteraard wel akkoord. Wij kun-