11 NOVEMBER 1971
1230
Samenvattend zou ik ervoor willen pleiten niet over te gaan tot
sluiting van het Turfschip, wel een reorganisatie door te voeren van
directie en personeel, de raad van commissarissen opnieuw te structu-
reren, de horecasector niet af te stoten maar pluriformer te gebruiken,
de functie van het Turfschip meer te richten op gemeenschapsactivitei
ten in brede zin en per kwartaal aan de raad een overzicht te doen toe
komen van de activiteiten, financiële toestand en prognoses.
De heer SPANJER: Wanneer wij besluiten de exploitatie voort te
zetten - en ik meen dat het daar vanavond echt wel naar uitziet - kan
ik dat zeker onderschrijven. De enige die zich daartegen opstelde was
de heer Von Schmid en u zult begrijpen dat ik het met hem niet hele
maal eens kan zijn. Ik ben namelijk van mening dat de aanloopperiode
veel te kort is om een besluit tot sluiting in overweging te nemen. Bo
vendien is het Turfschip ernstig gehandicapt door liquiditeitsproblemen.
Er was geen bedrijfskapitaal, geen eigen geld voor de opvang van aan
loopkosten, en alles moest door leningen gefinancierd worden.
Op pagina 8 van uw voorstel wordt becijferd, dat het maandelijks
beschikbaar stellen van een twaalfde deel van het geraamde tekort slechts
tot een geringe kredietbehoefte leidt. Dit zou dan te stellen zijn op
150, 000, waarbij men ervan is uitgegaan dat de garanten eerst
achteraf betalen. Daarnaast zou het uiteenlopen van de gelijkmatige
aflossingen en de annuitaire afschrijvingen opgevangen moeten worden
door het periodiek aantrekken van nieuwe middelen. Daarvoor zal dan
de steun van de gemeente nodig zijn in de vorm van garanties. Op grond
van lering uit het verleden gaat men dan echter twijfelen of het aantrek
ken van leningen wel steeds zo vlot zal gaan. Voor overbrugging moet
daarom eveneens nog een rekening-courant-krediet beschikbaar gesteld
worden. Er is becijferd dat daarvoor per 3 december een bedrag nodig
is van 267. 000, -- en het college stelt zich voor spoedig hiervoor met
nadere voorstellen bij de raad te komen. Wij kunnen hiermee instem
men, want wij beseffen heel goed dat wij bij een besluit tot voortzet
ting van de exploitatie - wij mogen een dergelijk besluit niet uitstel
len - ook niet kunnen uitstellen om de daarvoor benodigde financiële
besluiten te nemen.
Aangezien wij reeds hebben ervaren hoe funest de gevolgen zijn
van het feit dat het Turfschip niet voldoende beschikte over liquide
geldmiddelen - wij hoeven slechts te bedenken welk een stroom van
commentaren vorig jaar losbarstte toen dit publiekelijk bekend werd,
hetgeen grote schade heeft toegebracht aan de image van het Turfschip,
zodat dit in wezen uitpakte als een negatieve acquisitie - lijkt mij op
dit moment de vraag alleszins op zijn plaats of de gemeente zelf wel
voldoende liquide middelen ter beschikking krijgt om aan de voortduren
de kredietbehoefte van het Turfschip te voldoen. Ik wilde hierover dan
ook de volgende vraag stellen: hoe staat het met de hoogte van het to
taal der te garanderen leningen voor de gemeente? Ik meen dat daar-
v voor ook een plafond bestaat.
Nu zou ik de begrotingen even onder de loep willen nemen. Wij
hebben een aantal alternatieve begrotingen voorgelegd gekregen en
het valt mij vooral op, dat bij al die begrotingen twee grote posten
voorkomen: de kapitaalslasten en de personeelskosten. Het zal natuur
lijk een ieder duidelijk zijn dat wij vooral die personeelskosten scherp
in de gaten zullen moeten houden, opdat die niet tot een ongewenste hoogte
gaan uitgroeien. De kapitaalslasten kunnen wij echter tot op zekere hoog
te beschouwen als een vaste post, zolang er tenminste geen nieuwe in-