11 NOVEMBER 1971
1244
een groot deel van onze voorstellen handhaven. Als wij de tekor
ten willen legaliseren praten wij over II van het resumé, de lega
lisering van de exploitatietekorten 1971-1973, betreffende een bedrag
van 1.076. 000,Als wij 1973 niet accepteren komen wij op
een bedrag van 793.500,-- voor de jaren 1971 en 1972. Het col
lege stelt voor die kosten ten laste te brengen van de algemene
reserve. Als wij het voorstel van de heer van Loon, de tekorten
tot en met 1972 te accepteren, aanvaarden zouden die naar mijn me
ning ten laste van de algemene reserve gebracht moeten worden.
Als wij het voorstel onder I aannemen accepteren wij het ge
raamde tekort van 1.022.000,--. Daar komt bij dat de horeca
wordt afgestoten en de verandering in de directie wordt doorgevoerd.
Gesteld aat in de opzet hiervan een risico van 100.000,-- ligt
-- volgens de heer van Loon ligt dat risico ergens anders -- en
de raad het tekort van 1 miljoen of 1,1 miljoen aanvaardt,
wordt hiermede duidelijk aangegeven hoe dit in de financiële sec
tor opgevangen kan worden. Achteraf behoeven hiervoor geen aparte
voorstellen te worden samengesteld. Misschien moet hetgeen de raad
aanneemt nog geformaliseerd worden.
Ik geloof dat de heer van Loon geen moeite zal hebben met het
intrekken van de besluiten, genoemd onder IV, te weten de besluiten
van 28 augustus 1970 en 24 juni 1971, waarbij de renteloze leningen
worden omgezet in bijdragen a fonds perdu. Een logisch gevolg van
IV is V. Het fonds "Turfschip" is dan namelijk helemaal leeg en
men behoeft er dan niet op te rekenen dat het ooit nog tot leven
komt. De opheffing van het fonds is dan een logische consequentie.
Met betrekking tot die financiële voorstellen moeten wij het niet
moeilijker maken dan nodig is. Wij moeten nü zaken kunnen doen.
Het Turfschip heeft de laatste tijd zeer onder de moeilijke finan
ciële situatie geleden. Als wij daaromtrent het een en ander be
sloten hebben is er duidelijkheid. Wij hebben dan de lasten aanvaard
en weten ten laste van welke post die komen. In het Turfschip
weet men dan ook waarop men kan rekenen.
Als wij het over de cijfers niet eens zijn, kunnen wij er in
tweede instantie verder over praten. Van deze zijde is er in ieder
geval een duidelijk voorstel ter oplossing. Een belangrijk deel van
het voorstel, namelijk de financiële sector, is te aanvaarden.
De heer von Schmid heeft gevraagd of het verkopen van het
Turfschip niet voordeliger zou zijn. Ik vind dat een vraag die
moeilijk te beantwoorden is. Als men dit uitsluitend ziet in het
kader van het budget van de gemeente Breda moeten wij er, voor
zover wij het nu kunnen bekijiten, op rekenen dat het Turfschip
ons 1 miljoen per jaar gaat kosten. Als wij het Turfschip gaan
afstoten krijgen wij te doen met de moeilijkheden waarvan u op
bladzijde 14 van het samenvattende antwoord het een en ander
heeft kunnen lezen. Natuurlijk zal de exploitatie in verband met
contracten e. d. nog minstens een half jaar moeten worden voortgezet.
Het personeel zal moeten afvloeien en bij een liquidatie zullen de
leningen vreemd-geld die wij hebben aangetrokken afgelost moeten
worden, wat een bedrag aangaat van 8,5 miljoen. Vergeleken
met het rentepercentage van vandaag kan men spreken van "goed
koop geld". Een bedrag van 100.000,-- blijft doorlopen, maar
dat gaat af van het bedrag dat het Turfschip eventueel zou op
brengen. Als bij liquidatie het Turfschip verkocht zou worden,
is de opbrengst vrij moeilijk te bepalen. De vraag is of er een