11 NOVEMBER 1971
1258
de culturele raad eigenlijk al een soort welzijnsraad is, waarvan wij
zoveel mogelijk gebruik zullen maken en ik ben van mening dat daar
aan geen gevolg gegeven is.
Ik heb gevraagd of de raad ieder kwartaal een overzicht van de
activiteiten, financiële positie en prognoses verstrekt zou kunnen wor
den, Op deze vraag heb ik geen antwoord gehad.
Voorts geloof ik dat wethouder Van Dun in eerste instantie heeft
vergeten mij te antwoorden, of mij niet heeft begrepen. Ik heb name
lijk met gesproken over afvloeiing van het personeel maar over reorga
nisatie van het personeelsbestand. Bij een verantwoord beleid en een
goede acquisitie zal misschien wel voor meer dan 29 man plaats zijn
op het Turfschip. Ik kan het nog steeds niet met u eens zijn dat de
acquisitie een primaire taak voor de directeur is; ik geloof niet dat
dit met die functie kan worden gecombineerd. Evenmin ben ik van
mening dat de V.V.V. hierbij moet worden ingeschakeld. De taak
van de V.V.V. ligt mijns inziens toch meer op het gebied van de
voorlichting dan op het gebied van werving. Mijn gedachten gaan
meer uit n»ar een organisatiebureau, maar ik zal van het college graag
vernemen hoe het hierover denkt. Ik geloof ook dat sprake is van een
communicatiestoornis tussen de gemeenteraad en de raad van commis
sarissen, Het komt mij namelijk wat cru voor dat men heeft gereageerd
door een mandaat beschikbaar te stellen.
De VOORZITTER: Het is misschien practisch om eventuele mo
ties en nadere voorstellen bij het debat in tweede termijn in te dienen,
omdat dan wellicht van onze zijde daarover ook iets kan worden ge
zegd.
De heer CRUL: De heer Van Dun maakte onmiddellijk van zijn
functie gebruik. Hij maakte meteen een eind aan alle discussies die
de gemeenteraad als grootste aandeelhouder toch eigenlijk wel had
kunnen voeren. Hij gebruikte daarbij het argument dat door velen is
aangevoerd, namelijk dat wij als raad in feite weinig van doen heb
ben met de raad van commissarissen en met de directie van het Turf
schip, Hieruit blijkt duidelijk - en wij hebben daartegen veel bezwaar -
dat de twee-petten theorie niet meer opgaat. Het is in ieder geval ver
heugend dat het college en de raad van commissarissen gelijktijdig ver
gaderen. Misschien zal het in de toekomst nog wel eens mogelijk zijn
dat men gezamenlijk vergadert.
De VOORZITTER: Er is gelijktijdig vergaderd.
De heer CRUL: Dat heb ik begrepen. Ik doelde alleen op de mo
gelijkheid dat in de toekomst misschien gezamenlijk kan worden ver
gaderd, al zal het college dan wel wat meer moeite hebben met de
"pet die het draagt".
Het college heeft het personeel uitgenodigd naar aanleiding van
een desbetreffend verzoekHet personeel had dit verzoek via dezelfde
brief ook uitdrukkelijk gericht aan de raad. Het lijkt mij dan ook re
delijk dat, indien vanuit de raad de suggestie wordt gedaan een zoda
nig gesprek tot stand te brengen, naar mogelijkheden wordt gezocht
om de raad in te schakelen. Het belangrijkste voor ons is echter dat
het doel dat door de personeelsleden werd beoogd is bereikt.
Ik wil nog iets zeggen over de structuur. Het was niet onze be
doeling dat twee commissies zouden worden ingesteld. Wij hebben