1326
18 NOVEMBER 1971
De heer KRAMER: Het voorstel is in de afdeling grondig bestu
deerd. Zoals bekend moest de afdeling tweemaal hiervoor bij elkaar
komen. Men zegt wel eens dat er dan iets niet helemaal recht in het
midden zit. De bezwaren waren inderdaad vele en wij hebben ze reeds
gehoord. In de huidige wat wonderlijke financiële situatie betekent een
bedrag van bijfia 140. 000, nogal wat. Blijkbaar in verband met de
ze wonderlijke situatie zien wij op het door het college verstrekte priori
teitenlijstje opeens een kop verschijnen van een gemeenschapsaccommo
datie met een nog hogere prioriteit. Wat de informatie betreft zijn er
dan toch wel enkele kronkels te constateren en ik meen dat zij door de
vorige spreekster en sprekers al geconstateerd zijn. Het is een dure zaak
en ik weet niet welke kosten in de naaste toekomst ten aanzien hiervan
nog meer zullen ontstaan. Ik ben nl. bang dat de verbouwingskosten
in de toekomst toch nog zullen oplopen. Ik heb ook niets gelezen over
inrichtingskosten en weet niet of ook dit nog naar voren moet komen.
Het pand wordt dan alleen nog maar gebruikt voor jeugd- en jongeren
werk. Van het bezettingspercentage heb ik ook geen al te hoge verwachtin
gen. Van een eigen financiële inbreng is verder geen sprake. Deze rede
nen zijn beslist voldoende om niet erg enthousiast te zijn. Waarom zou
men de oplossing niet kunnen vinden in het aanschaffen van een goede
tweedehands directie- of bouwkeet en in een eventueel geldmaken van
deze panden? Ik weet nog geen alternatief, hoewel er wel mee geschermd
is.Verder zijn er kennelijk vaste afspraken gemaakt, c. q. beloften gedaan.
Tenslotte wil onze fractie Princenhage niet in de kou laten staan en wij
zijn daarom alles overwegende net over de streep gekomen om met het
voorstel mee te gaan.
De heer AMERICA: Op 17 december 1970 waren de panden Dreef 8
en 8a al toegezegd. Ik kan gewoon niet aannemen dat op dat moment
niet bekend was dat daar een verbouwing moest plaatsvinden en ik kan
op voorhand dus niet accoord gaan met een door het college waarschijn
lijk te maken excuus dat dit vergeten is. Dit kan en mag niet worden
vergeten en als zodanig vind ik de zaak waarover wij nu spreken bij
zonder kwalijk. Ik geloof dat wij hier even moeten rusten, omdat ik
dit duidelijk wil benadrukken. Ik voel mij gewoon bedonderd en ik ge
loof dat dit eens heel duidelijk moet worden gezegd. Waarom voel ik
mij bedonderd? In januari was in ieder geval bekend dat deze panden
voor meer dan 100.000, -- zouden moeten worden verbouwd en van
januari tot november heeft het college blijkbaar de tijd nodig gehad om
in de keuken een koekje te bakken, dat nu wordt gepresenteerd. Ik eet
die koekjes niet. Door het college wordt gesuggereerd dat de raad pri
oriteiten kan stellen. Waar kunnen wij dan prioriteiten stellen? Het
smoesje zou kunnen worden gemaakt dat het hier niet om nieuwbouw
gaat, maar om verbouwing. Dat smoesje gaat voor mij in eerste instan
tie niet op. Het gaat hier om een bijzonder hoog bedrag van 140.000, -
en ik voel mij gewoon gechanteerd. Ik gebruik met opzet een aantal
vrij crue woorden, maar ik doe dit weloverwogen. Ik voel mij gechan
teerd als gezegd wordt dat wij die 140. 000, -- moeten geven, omdat
wij het bedrag anders kwijt zijn. Daarmede is voor mij voor 100°/o be
wezen dat ik hier gewoon als een stropop zit. Als het college dit duide
lijk stelt kunnen de stukken gewoon naar mijn huis worden gestuurd;
als er geen behoefte is aan deze inspraak zijn de vergaderingen ook
vlugger afgelopen. Ik wens dus als raadslid niet langer op deze wijze
te worden benaderd, omdat het niet de manier is waarop wij hier bij
elkaar moeten zijn. Dat is dus het eerste punt. Vanaf januari is het
koekje gebakken en het wordt ons nu gepresenteerd. Ik geloof dat er