11 FEBRUARI 1971 132 door de heer Van Duijl is gesteld, de bestemmingsplannen voor de tervisielegging aan de raad voor te leggen, dat hij veel verder gaat. Akkoord, daar kan ik mij helemaal mee verenigen, maar als hij mijn algemene beschouwing goed gelezen heeft, zal hij hebben gezien dat onderaan pagina 13 staat: "zolang daarvoor nog geen andere procedure is gevonden". En daar gaat het nu juist om. De heer Van Dun zegt wel dat hij veel verder gaat, maar niet hoeveel verder hij gaat. In dit ver band is het misschien goed op te merken dat ik ongeveer een week ge leden een artikel heb gelezen in Cobouw over plannen die in Maastricht zijn ontwikkeld met betrekking tot de inspraak in bestemmings- en uit breidingsplannen. Wellicht verdient het aanbeveling die plannen eens op te vragen en daarover te discussiëren. Men heeft daar namelijk een methodiek ontwikkeld voor de wijze waarop de burgerij inspraak moet krijgen in bestemmingsplannen. Over de verkoop van woningen bestaat naar ik meen volledige overeenstemming, dus daarover behoef ik niet meer te spreken. Mijn vraag aan het college was gewoon of het met mij van mening is dat er geen woningwetwoningen aan daarvoor in aanmerking komenden moeten worden verkocht. Een opmerking nog over het verkeersplan, waarvan de wethou der heeft gezegd dat het tien maanden is vertraagd, waarna hij een tijdschema heeft gegeven waardoor een aantal zaken in het kader van dat plan toch gereed kan komen. Het bevreemdt mij een beetje dat de wethouder zegt dat het plan voor 1 augustus 1972 bij de fungerende wethouder zal komen en dat er dan enkele hearings zullen plaatsvinden. Het komt mij voor dat dit een beetje aan de late kant is wanneer men pas na 1 augustus 1972 met een hearing begint. Mogelijk hebben wij elkaar echter niet helemaal begrepen en krijg ik daarover van de wet houder nog nadere informatie in tweede instantie. Wat de binnenstad betreft heeft de wethouder meegedeeld in april met nieuwe voorstellen te komen met betrekking tot het civic centre - een naam die toch maar niet schijnt te kunnen vervallen - welke mededeling een beknopte reportage zal inhouden waarin uitgangs punten, uit te voeren besluiten en de huidige situatie zullen worden weer gegeven. Ik meen het college duidelijk te hebben gevraagd wat het denkt van het opstellen van een flexibel plan, waarin de mogelijkheid bestaat het in fasen uit te voeren. Ik heb het zelfs gehad over de mogelijkheid een administratief onderkomen te bouwen waarin een aantal gemeente lijke diensten op adequate wijze kan worden gehuisvest. Wij zitten nu eenmaal met het probleem van de versnippering van een groot aantal gemeentelijke diensten en wanneer wij dan bovendien praten over het realiseren van een gebouw voor de gemeentelijke sociale dienst kan het mijns inziens aantrekkelijk zijn een administratief onderkomen te bouwen, waarmee de burgerij ook uitermate gediend zou zijn. Het merendeel van de opmerkingen van de wethouder over Prin- cenhage waren ons reeds bekend. Dat er een vlekkenplan bestaat weet ik, dat er allerlei lieden bezig zijn om Princenhage-West van de grond te krijgen is mij ook bekend. Dat het nieuwe plan voor Princenhage- Noord bovendien een saneringsplan is, is bekend en het verheugt mij dat het er nu snel van zal komen. Het duurt echter allemaal veel te lang, dat plan had er veel eerder moeten zijn en ik ben bang dat er op deze manier van een werkelijke sanering van Princenhage zoals het er nu bij ligt weinig terecht zal komen. Het is allemaal verschrikke lijk moeilijk. De heer Van Dun heeft ook een aantal opmerkingen gemaakt over de Haagse Beemden. Ik ben mij volledig bewust van de

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1971 | | pagina 132