1339
18 NOVEMBER 1971
Mevrouw jaGER-MIDDELBEEK: In verband met de tijd sluit ik mij
gewoon bij de vorige sprekers aan.
De heer MANS: Ook het college verheugt zich over de mogelijk
heid, die met name door het Ministerie is geboden. Het is bekend dat
het Ministerie een proef neemt in Alphen aan de Rijn en Breda, waarbij
uitdrukkelijk voor de jongeren wordt gekozen. De jongeren gaan daar
bij zelf uit van erkenning van de waarden van hun eigen cultuur. Men
spreekt niet over een meer of minder waard zijn van eigen cultuur ten
opzichte van andere culturen, maar de Zuid-Molukkers zeggen wel in
de door hen geformuleerde doelstellingen, die terug te vinden zijn in
de punten a t/m e, dat aculturatie gewenst is. Ik geloof dat deze lijn
op het ogenblik door C. R. M. wordt gevolgd. Wij kunnen een en ander
als college onderschrijven, wat niet wegneemt dat de waarschuwende
vinger die wordt opgestoken voor het college aanleiding is hieraan spe
ciale aandacht te besteden.
Zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het voorstel
besloten.
Druk: B.S.W. -Breda.
