23 NOVEMBER 1971
1344
regelmatig voor de nodige injecties zorgen. Als men in deze geest
de resultaten van het werk van de democratiseringscommissie bekijkt,
behoeft men nog niet te wanhopen.
Mijns inziens zouden echter toch op korte termijn wat meer afge
ronde afspraken dienen te worden gemaakt over:
a. de juiste afbakening van de opdrachten en de taak van de commissie;
b. beter en regelmatig overleg met uw college;
c. de inschakeling van het ambtelijk apparaat voor de verdere uit
werking en formulering van de opvattingen van de commissie.
Het valt tenslotte te betreuren, dat binnen de democratiserings
commissie geen overeenstemming mogelijk blijkt over het functione
ren van een seniorenberaad of hoe men een dergelijk overleg of be
raad dan ook wil noemen. Het ontbreken van zo'n contact bemoei
lijkt uiteraard ook ander overleg, dat voor het goed en efficient func
tioneren van de raad af en toe wel gewenst is. Ik onderschrijf daarom
graag de verzuchting van de heer von Schmid tijdens het debat over
het Turfschip, dat vooroverleg tussen de frakties over belangrijke vraag
stukken toch wel nuttig kan zijn. Met de heer von Schmid betreur ik
het, dat dit binnen deze raad praktisch niet gebeurt.
Stadsontwikkeling.
Het goed functioneren van de democratie is mede voor een be
langrijk gedeelte afhankelijk van de voorlichting, die wij de burgers
kunnen geven. Zij moeten daarbij niet de indruk krijgen van het
kastje naar de muur gestuurd te worden. Concentratie van alle voor
lichtingsdiensten is ook daarom al belangrijk.
U zult zich herinneren dat ik vorig jaar binnen het kader van de
stedebouwkundige mogelijkheden in de Beyerdwoestijn heb gesproken
over de bouw van een bestuurscentrum. Het zou een centraal gelegen
administratief gemeentelijk dienstencentrum kunnen zijn, waarin alle
-- althans zo veel mogelijk gemeentelijke diensten zouden kunnen
worden ondergebracht, Zo'n centrale huisvesting biedt zoveel voor
delen van allerlei aard, dat een bespreking van die voordelen bin
nen het bestek van deze begrotingsbehandeling te veel tijd zou ver
gen. Gezien de toezeggingen van uw college dat wij in augustus j.l.
daarover zouden worden geihformeerd, verwondert het mij toch wel
dat de raad over dit idee niets meer heeft vernomen. Ik mag toch
veronderstellen, dat het niet Uw bedoeling is de raad straks plotse
ling en totaal onvoorbereid een uitgewerkt plan zonder alternatieven
ter beslissing voor te leggen.
In uw nota gemeentelijk beleid 1972 zegt U op^ bladzijde 70 dat
het wenselijk blijft de "totale Sociale Dienst" in één gebouw onder
te brengen, niet alleen omdat hiermede nog grotere efficiency en
betere communicatie-mogelijkheden gediend zijn, maar ook omdat
de ervaring leert, dat ruimtelijke afsplitsing een tendens met zich
brengt tot een zich minder betrokken voelen bij het totale gebeuren
van de Dienst.
Ik wil deze motivering graag mede gebruiken om andermaal te
pleiten voor spoedige -- bouw van een bestuurscentrum voor de
huisvesting van alle gemeentediensten en dus géén apart gebouw voor
de Sociale Dienst.