1355 23 NOVEMBER 1971 De auto van de bewoner die het goed kan doen, heeft vaak in een zeer luxe garage een beter onderkomen dan de burger in de vele onderkomen huizen die in Breda helaas nog als woningen dienst moeten doen. Ik vind dit een situatie waarvoor wij ons allen moeten schamen. Professor Trimbos heeft over dit probleem kortgeleden op een bijeenkomst te Amsterdam over "wonen en welzijn" treffend gezegd: "Een land met woningnood ik geen welvarend land". Wij zijn het volkomen met hem eens. Helaas praten wij op deze manier al jaren, maar een oplossing is helaas nog niet in zicht, al lijkt het er thans wel op dat men concreet aan een oplossing gaat werken. Nu het waardevolle advies van ombudsman Marcel van Dam en de plannen van de vakbeweging lijken aan te spreken bij de regering, zou een kans op een oplossing in het vooruitzicht kunnen komen. Wij moeten echter wel bedenken dat werkelijk goede plannen ook in het verleden door allerlei omstandigheden niet in uitvoering zijn gekomen. Met alle kracht moeten wij daarom voorkomen dat het opnieuw bij plannen blijft. Ik ben van mening dat ook van onder op, dus vanuit de gemeentelijke overheid, alles moet worden gedaan om aan de oplossing van de woningnood mee te werken. Voor een definitieve oplossing betekent dat: bouwen van goedkope woningen, want in die sector ligt het grootste probleem. De opknapbeurten en renovaties dragen natuurlijk ertoe bij de bur gers een beter woongenot te verschaffen. Het zijn echter toch alle maal druppels op een gloeiende plaat en in feite lapmiddelen. Wij zijn van mening dat deze werkzaamheden desondanks moeten worden uitgevoerd, doch een werkelijke oplossing van het probleem brengen zij niet. Nu -- zoals het zich thans laat aanzien -- op een breed vlak wordt ingezien dat de woningnood werkelijk volksvijand nummer 1 is, zijn wij ook op gemeentelijk gebied verplicht onze stem te laten horen en ook concrete stappen te ondernemen die tot de op lossing bijdragen. De nu opgeroepen krachten moeten niet verstommen tot de oplossing een feit is. De regering gaat over de plannen van Marcel van Dam praten met de vakbeweging. Laten wij ons als gemeente Breda presenteren en onze bereidheid tonen een bijdrage tot de realisering van de plan nen te willen leveren. Wij zullen hiervoor uiteraard binnen de wettelijke mogelijkheden financiën beschikbaar moeten stellen en bouwgrond reserveren. Bij de bespreking van de huisvestingsnota in de vorige raadsver gadering is de woningsituatie reeds uitvoerig besproken. Op gevaar af in herhaling te vallen zouden wij het volgende willen stellen. Hoewel de deskundigen zeker met mij van mening zullen ver schillen, vind ik dat het leefklimaat in de wijken niet wordt be vorderd door de splitsing van de wijken in gedeelten voor werken, wonen en recreëren. Ook met de binnenstad dreigt dat het geval te worden. Een typisch voorbeeld hiervan is ook het feit dat de sportvelden in zeer grote complexen buiten de woongebieden worden geplaatst. Graag willen wij deze mening aan het college en de nieuwe stede- bouwkundige adviesraad voor de nieuwbouwwijken en de te renoveren wijken meegeven.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1971 | | pagina 1355