23 NOVEMBER 1971
1368
voor de 2e x staat dit object op het laatste jaar van het investe
ringsplan. Uw antwoord is-, ook hiervoor is geen geld. Ik noem u
dan enkele trieste cijfers over het kind in het verkeer, die betrek
king hebben op kinderen beneden 12 jaar! In één jaar zijn 450 kin
deren dodelijk verongelukt in ons land en bovendien meer dan 8600
gewond!Dit zijn beangstigende cijfers, die de neiging hebben ieder
jaar hoger te worden. Onze kinderen worden dus, onvoldoende opge
leid, het verkeer ingejaagd. De schoolinstructies geven blijkbaar te
weinig praktische voorlichting. Het is zeer duidelijk dat we vroeg
moeten beginnen met de verkeersopvoeding. We zullen ons terdege
moeten bezinnen op de middelen die wij kunnen en moeten han
teren om aan het zojuist genoemde nodeloze verliës aan jonge levens
spoedig een einde te maken.
't WELZIJNSBELEID.
Wij zijn verheugd dat uw college in de beleidsnota het menselijk
welzijn centraal stelt. Gelukkig, want in deze tijd waarin alles door
techniek en technocraten schijnt te worden beheerst en waarin mater
rialisme overheerst, is er grote behoefte aan de visie die een hoop
vol perspectief kan bieden voor mens en samenleving. We zijn ge
woon dolgedraaid en daarom is nu het klimaat aanwezig om het
welzijnsbeleid tot ontwikkeling te brengen.
Er moeten in het veranderde maatschappijbeeld nieuwe structuren
van welzijnsbehartiging komen. Hopelijk worden wij van de door
uw college toegezegde nota's iets wijzer.
Als bij al deze toekomstige activiteiten op het brede terrein van
het welzijn maar steeds gestart wordt vanuit één punt, dat door
slaggevend is voor het totale beleid: het bevorderen van het indi
viduele en collectieve welzijn in onze samenleving zal steeds grond
slag en doel dienen te zijn van alle beleid.
Het hoeft niet altijd veel geld te kosten. Veel is o. a. door mid
del van een mentaliteitsverbetering te bereiken. Er is te veel onenig
heid, omdat de mensen onvoldoende naar elkaar luisteren, zij komen
niet in eikaars gedachtenspoor. Men heeft de moeite in deze verzake
lijkte maatschappij niet meer daarvoor over. Zo is heden onze manier
van leven, 't Is een van de goedkoopste stukjes welzijn, waarmee wij
elkaar reeds veel plezier zouden doen.
Nu hopen wij, dat de onderlinge concurrentie tussen de vele on
derdelen van de welzijnszorg zal meevallen. Dit eist toch wel veel
tact en wijsheid. In een periode van financiële zorg is de coördina
tie echter nog zeker zo belangrijk om zo eerlijk mogelijk de wel-
zijnskoek te verdelen.
Om nu de nuttigheidsgraad zo groot mogelijk te kunnen laten
zijn, dachten wij uw college voor te stellen om een Stuurgroep
Welzijn in het leven te roepen. Daarin zouden dan steeds 2 raads
leden uit de 4 welzijnsafdelingen -- (maatschappelijk werk - onder
wijs - culturele zaken - jeugd, sport en recreatie) -- met de be
treffende ambtenaren en telkens een andere wethouder als voorzitter,
veel voorbereidend werk kunnen doen ten nutte van de sector wel
zijn.
Ik beëindig deze algemene beschouwingen met 2 zinnen, waarin
de kern van onze politiek is vastgelegd. Wij zien dit alles als een
Evangelische opdracht de schepping te onderhouden en te bewaren.
