1401 23 NOVEMBER 1971 men --op een wat informele wijze --de teneur van dat verhaal. U weet dat dit college voorstander is, wanneer men afstand wil nemen van hèt oude civic-centre plan. U heeft het voorstel van het college allemaal gezien, maar het is nog niet in discussie geweest. U weet wat er dan gaat gebeuren. Wij hebben een stuk ruimte over bij de Oude Vest, waar iets moet komen. Wij moeten ons daarover met zijn allen beraden. Dit is een kluif voor de raad, voor de stedebouwkundige adviesraad en voor het college. Een heleboel functies verdwijnen daar en komen opnieuw in discussie. Ik kijk dan met name naar mijn colle ga Mans in verband met zijn culturele accomodates. Nu rest nog één punt: de centrale huisvesting van het gemeente lijk apparaat. Met name de heer Sandberg heeft hierover in het ver leden en vandaag hebben anderen daarover gesproken. Wij hebben ge zegd, dat dit college daaraan de grootst mogelijke prioriteit wil geven. Er moet dan natuurlijk iets gebeuren, doch er zijn een aantal moeilijk heden. U heeft ook mijn collega de Raaff hierover al horen spreken. Hij is bereid nog twee jaar te wachten, maar niet langer. Dit lijkt mij een wat moeilijke situatie. Anderzijds is er de laatste tijd een wat merkwaardige discussie op gang gekomen over wat de secretarie voorstelt, met veel respect voor de secretaris. In Almelo dreigt men bijvoorbeeld tot de ontdekking te komen, dat er geen secretarie nodig is en dat deze ingepast wordt in andere afdelingen. U moet dit goed willen verstaan. Ook is het vraagstuk van centralisatie en decentralisatie aan de orde. Onder leiding van collega de Raaff is op het ogenblik een groot doel stelling-onderzoek gaande, dat hiermee te maken heeft. Als ik dan al deze zaken ga noemen zal iedereen de bui wel zien hangen. Alle uitroepen van hoogste prioriteit klinken dan wel fijn, maar in feite gebeurt er totaal niets omdat er allerlei belemmerende factoren zijn. Ik denk echter dat wij toch door moeten gaan met denken hoe wij in de jaren zeventig zo'n gebouw moeten aanpakken. Ik geloof dat het project toch binnen de zeventiger jaren gerealiseerd zal moeten wor den. Het zal dan goed zijn zich af te vragen wie daarin straks zullen moeten werken. Naar mijn smaak zijn dat op de eerste plaats de amb tenaren, vervolgens het dagelijks bestuur van de stad en tenslotte ook de raad zelf. Daarom wil ik namens het college aan de raad voorstel len op zeer korte termijn over te gaan tot de instelling van een com missie of stuurgroep -- waarin de ambtenaren in grote getale vertegen woordigd zullen zijn naast een vertegenwoordiging van het college en een zeer beperkt aantal raadsleden -- die zich gaat bezighouden met het programma van eisen voor het gebouw, waarin u en wij straks moeten gaan werken. Het voorstel over zo'n commissie huisvesting gemeentelijk apparaat kunt u op korte termijn van dit college ver wachten. Dan is ook tegemoetgekomen aan wat de heer van Loon zegt. We moeten volgens hem ten aanzien van die hele huisvesting van het gemeentelijk apparaat niet plotseling een kant en klaar voor stel krijgen zonder alternatieven. Wij kunnen dit ook het beste ondervangen als ook de raad als belang hebbende in de vormgeving meepraat. Als wij tenslotte gaan praten over de nieuwe huisvesting van het gemeentelijk apparaat zitten wij toch voorlopig nog met deze raadszaal. De heer Crul zegt zeer terecht, dat wij wel kunnen praten over welzijn, doch dat het ook prettig zou zijn wanneer de bezoekers aan onze raadsvergaderingen zich wèl zouden bevinden. Het college onderstreept deze gedachte van het welbevinden en zegt u toe, dat er

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1971 | | pagina 1401