1421 25 NOVEMBER 1971 in de toekomst menen te constateren ook duidelijk te signaleren. Wij zijn van mening dat het bestuur van deze stad alle verschijn selen vertoont van een organisme, waarvan de terugkoppeling enigs zins in de war is. Iemand die nog niet helemaal heeft begrepen wat daarmede wordt bedoeld raad ik een bezoek aan het Evoluon aan, waar op verschillende manieren wordt gedemonstreerd wat er gebeurt als de terugkoppeling in de war is. Wij zeggen dat die verschijnse len er zijn. Wij hebben inderdaad duidelijk geconstateerd dat de raad informatie te laat of niet wordt verstrekt; dat hebben wij op elk mo ment gesignaleerd. Wij hebben ook meerdere malen gezegd dat ge luiden die uit de burgerij komen een beetje verwaaien in het gehele bestuursapparaat. Er is ook duidelijk te constateren dat een aantal beleidsfouten in het verleden gemaakt wat halfslachtig worden aan gepakt bij de correctie. Het is ook duidelijk en meerdere malen is hierop gezinspeeld, dat ambtenaren niet de vrijheid hebben vol ledige informatie aan raadsleden te verstrekken. Wij hebben tot nu toe ook moeten constateren dat de inspraak van wijkraden e. d. maar weinig is gestimuleerd. Dat heeft tot resultaat dat het effect van de maatregelen van dit bestuur onvoldoende gemeten wordt. Dit zal zeer vervelende consequenties hebben. Men blijft sleutelen aan de zaak en bestrijdt meestal de gevolgen inplaats van de oorzaken op te zoeken. Een voorbeeld daarvan vind ik de straatterreur, die natuur lijk moet worden aangepakt. Wij moeten daarvan echter geen wonderen verwachten, omdat de straatterreur een gevolg van iets is en niet een oorzaak. Men moet de oorzaken opsporen en die weten aan te pakken. De voorzitter heeft mij min of meer verweten dat ik wat losjes over het welzijn en welzijnsbeleid ben heengestapt en het niet verder heb uitgewerkt. Ik moet wel zeggen dat ik op tijd klaar was met mijn algemene beschouwing en anderen niet, maar voor zover de tijd dit toelaat wil ik hieraan nog wel iets doen. Uit de vrije hand een definitie gevend over een welzijnsbeleid: een welzijns beleid moet een leefklimaat scheppen en in stand houden, waarin de burgers zich in vrijheid volledig kunnen ontplooien. Die definitie vind ik helemaal niet belangrijk; er zijn nl. voldoende zaken waar over wij het allemaal eens zijn dat zij duidelijk tot het welzijns beleid behoren. Ik noem er maar een paar: goede huisvesting, goed en aangepast onderwijs. Wat dit laatste betreft bedoel ik dan niet al leen aangepast onderwijs voor lichamelijk of geestelijk gehandicapte kinderen, maar ook voor sociaal-gehandicapte kinderen. Er moeten goede wijkvoorzieningen zijn, waarbij ik denk aan gemeenschaps huizen, dienstencentra en sportaccommodaties. Er moet gezorgd worden voor een zuiver milieu, enz., enz. De voorbeelden lig- en voor het oprapen. Het gaat hierbij om zaken, waarover wij et mijns inziens gemakkelijk eens kunnen worden. Ik heb met het voorbeeld van de gemeenschapsvoorziening Het Dorp willen aangeven dat het kennelijk wel mogelijk is. Binnen een gemeente kunnen in derdaad beslissingen genomen worden, die het welzijn duidelijk be vorderen. Er zijn hier in het verleden gewoon wat foute beslissingen genomen. Een congresgebouw als het Turfschip is bijzonder mooi, maar als de bouw hiervan tot gevolg heeft dat de wijkvoorzieningen in wijken als het Brabantpark en Tuinzicht al jarenlang ontbreken dan is er gewoon een verkeerde beslissing genomen. Het sportcen trum is prachtig,^ maar als de bouw hiervan inhoudt dat onze kinde ren gemiddeld eén uur sport per week hebben dan is dat een foute beslissing geweest. Er ligt nog een besluit over een ijsbaan. Ik heb

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1971 | | pagina 1421