1443 25 NOVEMBER 1971 De heer Severens wil graag een nadere definiëring van renova tie, buitengewoon onderhoud en onderhoud. Renovatie is een opknap beurt van de wijk, waarover grofweg gezegd kan worden dat deze bedoeld is voor 25 jaar. Buitengewoon onderhoud houdt in een op knapbeurt van huizen of wijken, die grofweg bedoeld is voor ongeveer tien jaar, en onderhoud is het normale onderhoud, waartoe de ge meente zich zou kunnen verplichten. De heer Froger is nu juist niet aanwezig, maar hij verklaart altijd dat buitengewoon onderhoud ge woon achterstallig onderhoud is. Ik geloof dat hij daarin in zoverre gelijk heeft, dat achterstallig niet gezien moet worden in het licht van een tekortschieten van ae gemeente, maar dat er ten aanzien van een eigenlijk reeds economisch afgeschreven complex toch nog onderhoud zal worden verricht. Een duidelijk voorbeeld hiervan is het voteren van 260.000,-- voor de Leuvenaarstraat en Middellaan. De heer America merkt op dat er naast nieuwbouw, renovatie en buitengewoon onderhoud nog een andere mogelijkheid bestaat voor het te lijf gaan van de problematiek. Ik meen dat zijn fractievoor zitter, de heer van Loon, dit ook in zijn algemene beschouwing heeft gezegd, nl. het meer aandacht besteden aan het onderhoud. Ik ge loof dat de heren America en van Loon hierin gelijk hebben. Wij moeten hierbij echter geen vergissing maken. Wij hebben niet in het verleden gezegd, dat wij te weinig geld aan onderhoud zouden beste den. In het verleden hebben wij uit de beperkte middelen het onder houd verricht aan huizen, die nog steeds in een economisch proces zaten. Ik ben het met de heer America eens dat wanneer de huizen eenmaal zijn afgeschreven moet worden overwogen meer aan het onder houd te doen. Ik herhaal dan mijn antwoord op de algemene beschou wing van de heer van Loon: het is een gedachte, die nadrukkelijk door de dienst openbare werken wordt onderschreven. Men is er ook mee bezig, maar ik wijs er alleen op dat dit een stuk reorganisatie van de dienst zelf zal betekenen. Wij zullen bovendien met finan cieringsproblemen te maken krijgen. De heer America zegt echter aan deze zaak een hoge prioriteit te willen toekennen. Ik geloof dat ik het hierover volkomen met hem eens kan zijn. Op ae eerste plaats dus renovatie, buitengewoon onderhoud en nieuwbouw, maar op de tweede plaats moet er voor de toekomst gedacht worden aan een andere mogelijkheid, nl. het verrichten van meer onderhoud, teneinde op voorhand de economische levensduur te verlengen. Mevrouw van Nes tenslotte praat wat kribbig over hetgeen wij samen moeten doen aan de renovatie. Ik hoop dat zij mij deze uitdrukking niet euvel duidt. Zij zegt o. a. de raad heeft onder druk gehandeld door acties vanuit het gebied; er is in de Vestkant wat gemorreld aan ramen. Laten wij de zaken wel op een rijtje zetten. Ik meen dat haar grootste bezwaar uitgaat naar de plan ning, die wij bij de gehele renovatie hanteren; wij gaan hierbij uit van een aantal jaren en een aantal bedragen. Ik meen dal me vrouw van Nes een en ander meer in elkaar wil schuiven, zodat op kortere termijn meer kan worden verricht. Ik geloof dat wij nadruk kelijk vanuit het gehele systeem, ook vanuit ae prioriteit, zullen moeten vaststellen wat wij aankunnen, niet alleen in financieel, maar ook in technisch opzicht. Mijns inziens mag een periode van 4-5 jaar voor dit plan toch wel als een snelle aanpak worden be schouwd. Mevrouw van Nes zegt dat er eigenlijk toch niet zo bar veel gebeurd is. Ik wil dan toch zeggen dat wij met name in het West einde op een plezierige manier bezig zijn. Wij proberen iets te doen

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1971 | | pagina 1443