1447 25 NOVEMBER 1971 kan worden gesproken. Ik heb zojuist al gezegd dat de nodige soepelheid zal worden betracht. Hierbij moet ik eigenlijk maar één beperking maken. De mogelijkheid bestaat nl. dat het col lege onderwerpen, die niet geprepareerd zijn op de voorgeschreven en afgesproken wijze, niet volledig zal kunnen beantwoorden. Ik geloof dat een en ander uw instemming zal kunnen hebben. Ik neem aan dat iedereen nu gerustgesteld is en dat wij over deze aangelegenheid niet verder meer behoeven te spreken. Ik neem aan dat ook mevrouw jager enigszins gerustgesteld is. Mevrouw jaGER-MIDDELBEEK: Een beetje! De VOORZITTER: Dan gaan wij nu maar werken en zien wij straks wel hoe het afloopt. 5c. Woningbedrijf B. De heer VAN BANNING: Met vraag 99 heb ik o. m. gevraagd of er vanuit de Pius X-stichting termen aanwezig worden geacht inzake de huurovereenkomst op grond van art. 12 om ontbinding te verzoeken. In de beantwoording wordt hieraan wel voorbijgegaan, met dien verstande dat wel vermeld wordt dat het Kasteel en het Poortgebouw thans niet in gebruik zijn. U zult dan ook mijn ver rassing begrijpen bij het beluisteren van de woorden van de wet houder van openbare werken, wanneer hij in tweede instantie naar aanleiding van hem gestelde vragen spreekt over de zaak Bouvigne. Ik heb daarbij het laatste nieuws mogen vernemen, nl. dat er straks over dat contract zal worden gesproken. Het is uiteraard niet mijn bedoeling hierop dieper in te gaan, maar ik wil toch wel opmerken dat ik van harte hoop dat de gemeente niet zal worden belast met de gevolgen van het mijns inziens slechte beleid ten aanzien van Bouvigne, hetgeen in een luttel aantal jaren tonnen gelds heeft ge kost. Ik wil wel vragen hoe het nu eigenlijk met het onderhoud staat. De huurpenningen worden nl. wel regelmatig betaald, maar in het contract wordt ook vermeld dat de Pius X-stichting een onder houdsplicht heeft. Ik maak mij nogal wat zorgen over het onderhoud van het kasteel Bouvigne, omdat ik heb gezien dat de bedragen die voor 1971, 1972 en 1973 waren begroot nu niet meer in het inves teringsplan zijn opgenomen. Er wordt nu een bedrag genoemd dat na 1976 zal moeten worden aangewend. Concreet wil ik de volgende vragen stellen: voldoet de Pius X-stichting aan de onderhoudsverplich tingen, zoals die zijn vastgelegd in het contract van 3 november 1930? Is hierbij sprake van een achterstand? Wie houdt er toezicht op het onderhoud, nu het kasteel en poortgebouw niet meer in gebruik zijn? Ik heb geconstateerd dat de luiken maar naar buiten hangen en naar mijn mening is dat een teken van slechte verzorging. Verder wil ik graag weten hoe het staat met het grotere onderhoud, met name het onderhoud als gevolg van slijtage. Is daarop voldoende toezicht en vreest het college niet dat wij straks voor enorm hoge onderhouds kosten komen te staan, omdat niet het vereiste regelmatige onder houd plaatsvindt. Ik heb deze vraag niet zo lang geleden ook al in een rondvraag gesteld. De heer VAN DUN: De heer van Banning stelt een aantal detail vragen, waarop ik op dit moment moeilijk nader kan ingaan. De

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1971 | | pagina 1447