1472 25 NOVEMBER 1971 aandelen wielerbaan nog steeds niet heeft plaatsgehad, terwijl de voor waarde waaraan moest worden voldaan inmiddels is nagekomen. Ik heb mi] laten vertellen dat op 12, oktober j„ 1, de stichting wielerbaan is ontbonden, In her jeugd - en jongerencentrum bezit Breda een instituut, dat service verleent aan alle jeugd- en jongerengroeperingen in de stad. Zou het niet mogelijk zijn eens te bekijken of het jeugd- en jongeren centrum ook ten dienste kan worden gebracht van de groeperingen in de randgemeenten? Mag ik hulde brengen aan al diegenen die de mo len van de sport draaiende houden. Duizenden jongelui genieten iede re week weer van hun partijtje hockey, voetbal etc. Voor het vaststel len van wedstrijden, voor de begeleiding etc, stellen zich vele honder den mensen beschikbaar, die hiervoor meestal geen enkele vergoeding krijgen. Zij maken het mogelijk dat anderen kunnen recreëren. Ik heb daar grote waardering voor en vandaar mijn huldebetoon. Ik zou mijn naam verspelen als ik niet zou spreken over de subsidiëring van het betaald voetbal, In de Volkskrant van vrijdag 19 november j.l. las ik de volgende uitspraak van de staatssecretaris van C.R. M.een zekere heer Vonhoff, die zo weinig subsidie in zijn beleid doet: "De gemeen ten en provincies zijn autonoom en kunnen dus subsidies verstrekken". Ik vraag mij af waarom het college niet met een voorstel tot s bsidië- ring komt. Het geven van een vergunning voor het plaatsen van een benzinepomp zie ik als een indirecte wijze van subsidiëren. Omwo nenden en middenstanders zijn nu in opstand. Ik, vraag daarom nog maals waarom geen voorstel tot subsidiëring aan de raad wordt voorge legd. De heer MENSEN- Het realiseren van welzijnsvoorzieningen wordt in verband met het uitblijven van financieringsmiddelen vertraagd, zo niet onmogelijk gemaakt. In de openbare raadsafdeling heeft de heer Brooimans er terecht op gewezen dat dit moet worden duidelijk gemaakt aan de bevolking. De bevolking moet tevens duidelijk worden gemaakt dat zij de verantwoordelijkheid moet leggen waar deze thuishoort, nl„ bij de rijksoverheid. Verder wil ik enige opmerkingen maken over het subsidiebeleid. Het geven van subsidie staat in nauwe relatie tot de financiële exploitatie van gemeenschapsaccommodaties. Ons is in de raadsafdeling een discussie over dit probleem toegezegd. Er wordt ge streefd naar een centralisatie van gemeenschapshuizen in een federatie ve vorm. Wij kunnen dit wel onderschrijven, indien hiermede bereikt zou worden dat deze accommodaties effectiever functioneren. Ander zijds zouden wij graag zien dat er een decentralisatie plaatsvindt in die zin dat de verschillende stichtingsbesturen zichzelf gaan democrati seren. Gemeenschapshuizen zijn immers in een bepaalde wijk gebouwd en behoren aan die wijkgemeenschap. Zij zijn ook gebouwd met be hulp van gemeenschapsgelden, waarvan een gedeelte door de wijkbe woners zelf is opgebracht. Wij vinden dat de bewoners dan ook het recht hebben te bepalen welke functie hun gemeenschapshuis zal heb ben. Een ander argument is dat de bewoners zich nauwer bij een wijk betrokken zullen voelen. In hoeverre kan de gemeente hiertoe bijdra gen? Wij wachten tenslotte in spanning de discussie over de nota be taald voetbal af. Mevrouw STOCKMANN-VAN DER KALLEN: Ik bof dat ik in eer ste instantie nog kan spreken over de dienst voor jeugd en sport. Ik wil nl, toch nog wel even graag de kwestie van de kinderboerderij naar voren brengen. Ik moet toch wel mijn verbazing uitspreken over een zekere inconsequentie. Er wordt gesteld dat er alvorens beslissingen

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1971 | | pagina 1472