1530
26 NOVEMBER 1971
De heer GEENE: Ik wil eigenlijk graag het verzoek van de heer
Crul ondersteunen. Het spreekt mij heel erg aan. Het bezorgen van
de raadsstukken is voor onze fractie - en speciaal voor de secretaris -
toch wel een belasting. Als daarvoor een andere oplossing te vinden
is, ben ik er natuurlijk direct voor te vinden. Ik geloof wel dat dit
voor u echt wel een probleem zal gaan vormen, want u zal zich moe
ten afvragen waar de grens getrokken moet worden. Als men weet dat
men de raadsstukken gratis toegezonden kan krijgen, zou ik mij kun
nen voorstellen dat men denkt dat het geen kwaad kan en dat men het
laat sturen zonder dat men er werkelijk interesse voor heeft, Konden
wij er achter komen wie écht geïnteresseerd is in die raadsstukken,
dan zou het aantal misschien meevallen. Het verzoek wil ik echter
graag ondersteunen.
De heer AMERICA: In tweede instantie zou ik nog graag een
opmerking willen maken bij wat de heer Sandberg heeft gevraagd ten
aanzien van het informatiebulletin. Ik geloof dat het goed zou zijn
als bij het verder onderzoek naar de mogelijkheden niet alleen de
gemeente en haar diensten betrokken zouden worden, maar dat ook
de gesubsidieerde instellingen zich eens zouden buigen over de vraag
of zij op een dergelijke wijze gebruik zouden kunnen maken van wel
ke mogelijkheid ook, die gevonden zal worden.
De VOORZITTER: Ik geloof dat de vragen nu vooral op mijn
portefeuille terecht komen. Aan mevrouw Van Nes zou ik willen toe
zeggen, dat ik speciaal de mogelijkheid tot uitvoering van het door
haar genoemde onderzoek binnen de sociografische dienst zal nagaan.
Het probleem is eigenlijk of dat ook deskundig kan worden uitgevoerd.
Zij vraagt van mij niet op dit moment over methoden te spreken. Het
kan niet de bedoeling zijn dat hier te doen. Doch als het wenselijk is
dat dit onderzoek wordt uitgevoerd, moet natuurlijk ook de man- of
vrouwkracht aanwezig zijn daarvoor.
In antwoord op de vraag van de heer Sandberg over zijn "deal"
moet ik zeggen te hopen dat het mogelijk is. Ik sluit overigens de mo
gelijkheid niet uit dat u er dan toch in 1973 weer over gaat praten, al
was het alleen maar om mij te vragen hoe het dan verloopt. Wij moe
ten ons geloof ik niet voorstellen, dat die zaak zo eenvoudig is. Wij
moeten ons afvragen wat wij ermee gaan doen en dat vereist een goede
organisatie. Wij weten allemaal uit onze jeugd hoe moeilijk het is een
schoolblad in stand te houden. Ik geef u graag onmiddellijk toe dat dit
nu wat anders is en dat het ook heel gericht moet zijn. Het is echter
niet zo simpel als men soms wel denkt. Ik moet dan ook zeker de sug
gestie van de heer America meenemen, want ik geloof dat het ook de
bedoeling moet zijn om ook andere instellingen een kans te geven, niet
alleen als bladvulling maar vooral ten aanzien van zeer waardevolle
informatie.
Over de vraag van de heer Crul, die nu door de heer Geene is
aangevuld, moet ik toch zeggen dat wij hem meenemen. Er zitten heel
wat consequenties aan vast: wie heeft belangstelling, wie heeft die niet
of minder wanneer wel en wanneer niet etc. Op dit vraagstuk zal niet
zo maar plotseling volmondig ja moeten worden gezegd. Ik begrijp
echter, dat het vooral door een secretaris van een fractie uit deze raad
als een waardevolle suggestie wordt gevoeld. Ik neem aan dat u goed
vindt, dames en heren, dat wij ons speciaal over dat laatste serieus be
raden en de consequenties zullen overwegen.