1535 26 NOVEMBER 1971 van de politie bekend is, dat de ambtenaren van de politie, die zoge naamde zwerfhonden en/of verongelukte dieren aantreffen, deze niet zelf vervoeren noch deze op het bureau van politie ktlnnen huisvesten, daar er niet een ruimte voor beschikbaar noch aanwezig is. Zij volstaan met een bericht aan de beheerder van het asiel dat het dier moet wor- den opgehaald. Wanneer de politie - in casu de gemeente - zich op deze wijze van haar wettelijke verplichting afmaakt dan zal deze zelfde gemeente - en niet een Vereniging - toch de outillage en de daaruit automatisch voortvloeiende kosten moeten dragen. Ik heb nu weer een vraag naar aanleiding van bijlage 369 uit de vorige raadsvergadering, waar een bedrag als batig saldo vermeld staat bij het onderdeel politie ter grootte van 64. 810,48. Naar mijn mening zou ook dit bedrag als aanzet voor de bouw van een nieuw asiel a fonds perdu beschikbaar kunnen worden gesteld. Is uw college bereid met deze gedachte mee te gaan? De onderhandelingen, die zich nu reeds ruim 6 jaar voortslepen, tussen het gemeentebestuur en de bovenvermelde Vereniging omtrent het dierenasiel dreigen tot een verplichte oplossing te moeten komen. In oktober j. 1. is namelijk de woning Slingerweg 78 onbewoonbaar verklaard en moet in april 1972 zijn ontruimd. Men kan nu eenmaal geen dierenver blijven onbewoonbaar verklaren, doch deze zijn nu ook veertig jaren oud en niet meer bruikbaar en laat jtaan toonbaar. Dit alles is mogelijk, ter wijl in het besluit van 9 oktober 1964, s 385, houdende nadere regelen als bedoeld in artikel 2 van de wet op de dierenbescherming - dit voor de heer Van Os - onder artikel 4b een bepaling is opgenomen dat bur gemeester en wethouders moeten voorschrijven, dat de dieren móeten worden ondergebracht in vorstvrije verblijven van passende afmetingen en goede constructie, voorzien van een houten vloer of vlonder en met voor de dieren voldoende licht en lucht. Gaat u daar maar eens kijken. On der artikel 4f staat opgenomen, dat zwerfdieren die met toepassing van artikel 3, tweede lid, in ontvangst worden genomen op afdoende wijze van de andere dieren afgezonderd gehouden móeten worden tot tenmin ste drie weken na hun inenting. Zo kan ik doorgaan. Naar mijn mening is het minste dat de gemeente kan doen.- het dragen van de te maken kosten voor uitvoering van de wettelijk ver eiste verplichtingen. Teneinde deze uitvoering mogelijk te maken moet het nieuwe asiel er komen. Het in deze begroting opgenomen verhoogde subsidiebedrag geeft wel blijk van een nieuw inzicht omtrent deze ma terie, doch de bouw is onmogelijk zonder een besluit uwerzijds/onzer zijds met betrekking tot een gemeentelijke garantie voor de rente en de aflossing van een te sluiten lening. Ik heb nu weer de vraag of dit be sluit reeds is genomen en - zo neen - wanneer een voorstel hieromtrent te verwachten is. Hoe groot acht u de kans dat een dergelijk raadsbe sluit binnen afzienbare tijd door gedeputeerde staten zal worden goed gekeurd? Tot slot wil ik nog vragen of het uw college bekend is, of de bouw door de W.S.W. wordt uitgevoerd? Dit laatste wilde ik graag weten naar aanleiding van hetgeen vermeld staat op bladzijde 78 van uw beleidsnota. De heer SANDBERG: Ik had een tweetal punten. Het eerste was een uiteraard wat uitvoeriger verhaal rond mijn stelling 1 in de alge mene beschouwingen, waarbij ik heb gepleit voor een strenger toezicht van de politie in het voetgangersdomein. Ik meen echter dat ik mijn zorgen nu eigenlijk alleen nog maar in andere bewoordingen naar voren

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1971 | | pagina 1535