1537
26 NOVEMBER 1971
dekking. Het betreft hier een post van 187, -- voor het vergunnings
recht, bedoeld in artikel 8 van de bioscoopwet, dat in vraag 216 aan
de orde is gesteld. Dat bedrag doet mij natuurlijk niets en daar gaat
het ook niet om. Als men hierover echter even dóórdenkt moet dit
toch bestempeld worden als een enorm voorbeeld van bureaucratie van
de slechte soort. Ik moet toegeven dat u hieraan niet schuldig bent.
Dit neemt echter niet weg dat ik er iets over ga zeggen.
Er staat namelijk in, dat van elke nederlandse bioscoop een
heffing gevraagd moet worden van 37,50 waarvan 12,50 naar Den
Haag moet. Dat lijkt allemaal heel onschuldig, maar als men even
doordenkt realiseert men zich dat er in Den Haag een aantal ambte
naren moet zitten die bijhouden in welke gemeenten bioscopen zijn,
vervolgens voor 12, 50 aanmaningen versturen en deze gelden innen.
Wanneer die gelden niet op tijd binnen komen versturen zij weer aan
maningen. Die 12,50 wordt door hen vervolgens geboekt. Verder
zijn zij intussen bezig hun eigen kosten te maken daarmee, en dat
wordt ook weer door hen geboekt en verantwoord. Er lopen dan onge
twijfeld enkele koffiejuffrouwen rond om deze mensen van koffie te
voorzien. Tenslotte zal er ongetwijfeld aan het hoofd van die afdeling
een referendaris moeten zijn om dat belangrijke bestel te leiden. Ik
wil hiermee maar zeggen, dat die 12, 50 dus ruimschoots teniet ge
daan worden door de kosten die gemaakt worden om het geld binnen
te krijgen. Bijgevolg vind ik dit een bijzonder goed voorbeeld van
slechte bureaucratie. In uw antwoord geeft u te kennen dat u niets an
ders kunt doen dan de wet toepassen zolang ze zo is. In het bedrijfsleven
doen wij dit echter anders. Als daar centraal zulke onzinnigheid wordt
gepleegd als hier aan de orde is, pakken wij de telefoon of wij schrij
ven een briefje of zij niet eens met die onzin kunnen ophouden. Nu
kunt u dit natuurlijk niet doen in die bewoordingen, maar u zou onge
twijfeld in wat vriendelijker termen die mensen toch wel duidelijk
kunnen maken, dat zij hier bezig zijn een hele troep onzin te verko
pen.
De heer CRUL: In antwoord op vraag 2,09 zegt u, dat u bereid
bent aan de gemeenteraad verantwoording af te leggen over het beleid
betreffende de openbare orde. Dit gaat u waarschijnlijk direct doen
naar aanleiding van vragen van o. a. de heer Geene. Verder zegt u ook
dat er een adviescommissie van openbare orde is. Deze functioneert
inderdaad en mijns inziens ook goed. Zoals echter ook vandaag weer
is gebleken, leven er nogal wat vragen op dat gebied, en niet alleen
in deze raad, maar ook daarbuiten onder de burgerij. Waarschijnlijk
zult u met mij van mening zijn, dat die openbare orde een verantwoor
delijkheid is voor de totale burgerij. Door de ontwikkelingen die van
daag aan de orde zijn geweest - o. a. van de straatterreur, de reinigings-
politie en de laatste publicaties over foto's die van de ene gemeentelij
ke dienst naar de politie zouden kunnen verhuizen - lijkt het onze frac
tie toch wel zinnig, dat u in een nota te kennen geeft welke gedachten
bij u over deze openbare orde leven en welke visie u op dit terrein
heeft. Hiermee wordt eigenlijk de vraag herhaald,
De heer VAN OS: Ik heb een drietal kleine vraagjes. IJ hebt
antwoord gegeven op vraag 210, waarover al meerdere malen is ge
sproken, Het gaat hier om de straatterreur. In het antwoord daarop mis ik
elke aanwijzing, dat er een onderzoek is verricht naar de oorzaken van
deze straatterreur en van de toename daarvan. Ik dacht dat het erg