a 1539 26 NOVEMBER 1971 kan worden die het restant van het benodigde geld zou willen lenen, wijz De heer Quadekker heeft ook over de regio gesproken. De wet ten die dat regelt moet nog worden vastgesteld: de bestaande conceptwet ceer geldt nog niet. Dit neemt echter niet weg dat ik toch reeds overleg heb wore gepleegd in de regio met collega-wethouders om deze zaak als een re- cipli gionale zaak te bepleiten. Ik heb bij de heren dus ook wel gehoor ge- ke ii vonden en wij hebben afgesproken dat - wanneer Breda met zijn con- ding ceptvoorstel klaar is - dit wordt toegestuurd aan de regio-gemeenten. zó is Op grond hiervan kunnen zij ook enig inzicht hebben waarover het gaat en waar het naar toe zou moeten gaan, in Bi Verder vroeg de heer Quadekker, wanneer wij dat besluit namen relai tot verhoogde subsidie. Dit besluit is nog niet genomen en wij willen wore het meenemen bij het voorstel voor een definitieve goede regeling, keli. Tot nog toe hebben wij met voorschotten gewerkt. neer Het idee van de heer Quadekker om een onderdeel van de politie- zeri: begroting voor dit doel te gebruiken zal ik graag met de burgemeester veel bespreken om te zien of daarvoor mogelijkheden aanwezig zijn. Daar- te vi over kan ik op dit moment niet oordelen. wooi Ook vraagt de heer Quadekker of de bouw geschiedt door de ling W,S.W, Dit moet uiteraard nog worden bepaald, maar de W.S.W. heeft wel de berekeningen voor de realisatie van dit object gemaakt. Ik had gers< gehoopt twee vliegen in één klap te slaan: een werkobject te verkrijgen rein: voor de W.S. W.terwijl ons inziens een garantiemogelijkheid bij ge- wat deputeerde staten groter zou zijn indien deze zou moeten worden ver- wan: leend in het kader van de W.S. W. poli: In het algemeen onderschrijf ik dus het betoog van de beide gaar heren. Ik ben het ermee eens en ik hoop ook, dat op korte termijn het blij\ dierenasiel gerealiseerd zal kunnen worden. Er blijven echter financiële moeilijkheden. sarm bere Wethouder VAN DUN: Ik wil beginnen met een opmerking aan geg£ het adres van de heer America, die heeft gevraagd waarom de tunnel deli, Biesdonkweg wel in het investeringsplan van 1971 maar niet in dat van mei: 1972 voorkomt. Ik kom wat in moeilijkheden als over het investerings- dig plan geen schriftelijke vragen te dien aanzien zijn gekomen van de kant van de raad. Men overvalt het college dan met dit soort feitelijke moe zaken, die mijns inziens met de algemene beschouwingen niets te maken mei hebben. Ik zeg dit vooral omdat de mogelijkheid zou kunnen bestaan dat Niet de heer America op dit punt verkeerde informatie krijgt. Ik zou hierop maa op dit moment geen correct antwoord weten. Alléén weet ik, dat wij Er z ten aanzien van die tunnel wel een bijdrage gevraagd hebben van het wel Rijk, maar dat deze geweigerd is. Verdere informatie wil ik de heer prob America graag op een andere manier toezeggen. deli De heer Sandberg sprak vervolgens over de bewegwijzering, dit i Ik meen nu dat er een misverstand bestaat aan de kant van de gemeen- gans teraad. Bij de beantwoording van vraag 214 wordt met de vragen hier- en n over iets anders bedoeld dan het antwoord dat van de kant van het col- een lege is gegeven. Ik moet op voorhand zeggen dat de vraag van de heer s nog Sandberg daartoe geenszins aanleiding geeft. Deze is wel duidelijk. Het als antwoord is even duidelijk maar bedoelt iets anders. dit t Als wij namelijk bij de beantwoording van vraag 214 spreken ren over een totaalplan voor de stadsbewegwijzering, dan worden daarmee het niet het ludieke paaltje en de spijkers van de heer Sandberg bedoeld, een die dan vlotweg even zullen aangeven wéar men in de stad wét kan ciee vinden. Daarmee wordt dan bedoeld een totaalplan voor de stadsbeweg-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1971 | | pagina 1539