1546 26 NOVEMBER 1971 maar dan weer netjes terug moet - dan heeft men natuurlijk een pracht - oplossing aan de conclusie, dat dit toch wel wat frustrerend zal werken waardoor men het een tweede keer waarschijnlijk wel niet meer zal doem Ik ben echter toch wel van mening dat het zo langzamerhand tijd wordt om eens wat strenger te gaan optreden. Wij zijn al geruime tijd geleden begonnen met het inrichten van een voetgangersdomein en ik begrijp wét dat men in de begintijd bijzonder soepel moet zijn, omdat het een heel nieuwe situatie is. In mijn speech heb ik het voorbeeld van de "stofzuiger" gebruikt, maar ik geloof dat het de wethouder een beetje ontgaan is wat ik daar mee bedoelde. De stofzuiger is namelijk geen electrisch apparaat, maar een bijnaam van een bepaalde politieman in Breda. Ik moet u zeggen niet meer precies te weten wanneer deze figuur optrad, maar wel dat het "twee commissarissen geleden" was. Deze man liep in de winkelstraten - toen was er nog helemaal geen sprake van een voetgangersdomein - waar volop verkeer was en hij was er voortdurend bij op werkdagen. Je zag hem overal waar er maar iets aan de hand was» Toen waren er ook verkeers opstoppingen al hadden zij dan niet zulke nare gevolgen in de vorm van grote files zoals nu. Zij waren er echter en in die tijd werden zij toch ook beoordeeld als hevig. Ik wil nu echter vriendelijk blijven tegenover de politie en nu wil ik niet zeggen dat het toezicht thans slechter is, maar ik zou wel willen zeggen dat het thans minder aan de situatie is aangepast dan destijds. Verder wil ik nog even ingaan op het onderwerp van het dieren asiel. Met een aantal opmerkingen van de wethouder ben ik bijzonder blij en met name met het feit, dat ik nu eindelijk eens een keer ant woord gekregen heb dat er inderdaad een garantieplafond is en hoe het daarmee precies staat. Bij dat garantieplafond heb ik echter wel eens gedacht: wij hebben bij het investeringsplan zo'n keurig lijstje gekregen om een scoringstabel te maken. Wij hebben daarbij een aantal verme nigvuldigingsfactoren, waarvan de grootste factor 4 is. Deze hoort bij investeringen, die voortvloeien uit wettelijke verplichtingen. Als men nu eens diezelfde factor 4 ook toepaste op het geld dat nodig is en ge garandeerd moet worden, zou er dan misschien toch niet ergens een deur zijn open te trappen en - indien mogelijk - dan graag bij gedeputeerde staten. Als echter de wethouder daarover toch slechts een klein beetje optimistisch is, terwijl het misschien mogelijk is bij een bank zonder die garantie geld te lenen, dan moet ik zeggen daarop nog veel meer prijs te stellen. Dat zal immers betekenen dat het alleen maar kan, wanneer wij een goede subsidieregeling getroffen hebben. Daarmee is dan meteen vastgelegd dat er een goede regeling moet komen. Ik kan toch niet zeggen dat de wethouder optimistisch is over de snelle bouw van dat asiel. Hij zal mij dus niet kwalijk nemen dat ik ook niet optimistisch kan zijn. De heer VAN OS: Ik heb het antwoord gemist op de vraag naar de wegwijzers naar het Turfschip, die er wel waren maar door gemeente ambtenaren verwijderd en ingeleverd zijn bij het Turfschip. Ik zou willen vragen of deze misschien met spoed teruggebracht kunnen wor den naar de plaats waar zij stonden. Ik meen verder dat de heer Quadekker straks een suggestie heeft gedaan om het batig saldo van de politie aan te wenden voor het dieren asiel. Ik had daarop eigenlijk min of meer een reactie verwacht van de voorzitter.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1971 | | pagina 1546