1576
26 NOVEMBER 1971
42 een binding met de middenstand hadden. Omdat de wethouder
na de algemene beschouwingen ook wat gegevens had omtrent de
koopavond, meende ik dat het wel practisch zou zijn deze daaraan
toe te voegen.
De VOORZITTER: U stelt deze gegevens waarschijnlijk wel
eens terbeschikking - ofwel per foto ofwel in het origineel - op
dat zij bij het dossier gevoegd kunnen worden.
De heer VAN BANNING: Het antwoord op vraag 270 over onder
houd van straten, pleinen, wegen en voetpaden doet mij beseffen,
dat met dit onderhoud bijzonder grote bedragen zijn gemoeid. De
ze vraag is overigens niet door mij gesteld, maar toch waag ik het
erop uw aandacht te vragen voor een probleem waarmee de minder
valide mensen in steeds toenemend aantal sukkelen. De techniek
maakt het gelukkig mogelijk voor minder validen zich met wagens
te verplaatsen zonder dat daarbij de hulp van derden nodig is. Zelfs
indien de hulp wel nodig en aanwezig is, blijkt dat er moeilijkheden
bestaan bij het gaan van en het komen op de trottoirs. Ik wil uw
college dan ook in overweging geven te doen nagaan of het moge
lijk is op nader te bepalen afstanden van hoeken van straten verlaag
de stoepranden en een daarbij corresponderende op- en afrit aan de
andere zijde van de straat aan te brengen, zodat het zonder risico
en bijzondeie problemen of inspanningen mogelijk is van de trottoirs
gebruik te maken. Het zal bezwaarlijk zijn dit overal onmiddellijk
ingang te doen vinden, maar ik zou u in overweging willen geven
dit in de omgeving van ziekenhuizen, revalidatiecentra, behuizing
voor oudere stadsgenoten en parken met prioriteit te behandelen en
bij aanleg van nieuwe straten daarmee reeds van te voren rekening
te willen houden.
Mevrouw jager-. Ik heb er niet het minste bezwaar tegen, dat
die papieren van de vrouwenverenigingen in een dossier geschoven
worden, als dat dossier dan maar niet onderin een la gelegd wordt.
Dan schieten wij er ook niets mee op.
De heer AMERICA: Ik wil toch even terugkomen op die onder
doorgang, waarover een meningsverschil bestaat. Ik geloof dat het
goea is dat er verschillende meningen zijn. Bovendien kan ik niet
bewijzen dat het noodzakelijk is, maar ik zou wel heel uitdrukke
lijk willen vragen of het college het punt onderdoorgang opnieuw
wil opvoeren in het investeringsplan als één van de zaken die moe
ten gebeuren. Die onderdoorgang wordt dan aan dezelfde criteria
getoetst inzake prioriteit en ik moet er genoegen mee nemen als
hij dan helemaal onderaan zal komen te staan. Ik meen echter be
zwaren te moeten blijven maken tegen het feit, dat hij zonder
meer uit het plan genomen wordt, omdat hij dan niet getoetst kan
worden. Het is bovendien een voorstel dat door de raad als zoda
nig is aangenomen. Ik hoop dat bij die prioriteitsstelling rekening
wordt gehouden met het feit, dat in de komende jaren daar diverse
scholen zullen worden gebouwd. Ik hoop dan ook, dat tegen de
tijd dat deze scholen bevolkt zullen zijn en daar duizenden jonge
ren regelmatig die gevaarlijke verkeersweg moeten gaan oversteken
een onderdoorgang voor voetgangers en fietsen aanwezig is, en dat
het niet noodzakelijk zal zijn dat straks een lijst van doden moet