26 NOVEMBER 1971 1606 waarde ik aan het woordje "mede" moet geven. Het gaat mij te ver de cultuurdienst te laten afhangen van de functie van de Beyerd. Ik krijg toch al steeds meer moeilijkheden rondom die cultuurdienst en ik hoop dat de tijd hierin voor ons de oplossing zal brengen. Overigens zal de studie met betrekking tot het Turfschip een en ander mijns in ziens toch weer op losse schroeven zetten. Ook wij volgen het werk van de culturele raad met belangstelling. U verwacht niets anders van ~>ns. U schrijft dat er veel aandacht wordt geschonken aan de aspecten, die buiten de directe taakopdracht liggen. Wanneer er alleen adviezen zijn uitgebracht over De Trapkes, Oelaat, Wereldwinkel en Turfschip dan is dat - afgezien van het Turfschip - toch wel heel erg eenzijdig. Het is dan mijns inziens slechts een kreet wanneer de culturele raad stelt, dat men "worstelt met de taakopdracht". Onze angst die wij uitten bij de oprichting van de culturele raad met betrekking tot het functioneren daarvan is nog niet verdwenen. Ik wil echter wel aante kenen, dat men nog niet zo lang bezig is en nog steeds in een aanloop periode verkeert. Nadere voorstellen ten aanzien van de Bibliotheken wachten wij met interesse af, doch niet zonder angst wanneer het om een slordige 8 ton gaat. Verder hebben wij nog steeds hoge verwachtingen omtrent de toegezegde recreatienota. Eigenlijk is het vreemd dat recreatie nu weer hier bij de cultuur opduikt. Tenslotte wil ik verzoeken om de instelling van een culturele dag, die zo mogelijk jaarlijks en analoog aan de sociale dag zal plaats vinden. Het zal de informatie aan de leden van de afdeling culturele zaken beslist positief ten goede komen en vermeerderen. Het zoge naamde kunstproduct "Scharenproject" moet u voor mij per se niet in de excursie opnemen omdat ik de hiervoor uitgegeven 40. 000, -- in geen enkele relatie kan brengen met de kunst. Ik schaam mij per soonlijk voor deze voor Breda pijnlijke en enigszins lachwekkende situatie. De heer SANDBERG: Enerzijds moet ik zeggen, dat langzamer hand de soepelheid wel een beetje uit de vergadering begint te raken na deze discussie. Anderzijds valt er over het onderwerp cultuur toch niet zo heel veel te zeggen op dit moment, want het is nog steeds een vrij ondoorzichtig geheel. In de raad, onder de burgerij en bij de cultuurbeoefenaars zelf zijn vele en soms tegengestelde belangen, ge voelens en visies te bespeuren. Ik moet eigenlijk constateren dat slechts zeer weinig in deze sector naar tevredenheid functioneert. Vanuit de organisatorische kant kan men wijzen op de gedachtenontwikkeling rond die gemeentelijke cultuurdienst, die pas dan haar beslag zal krij gen wanneer een meer afgeronde visie over de functie van De Beyerd is geformuleerd. Ook het overlegorgaan van leidinggevende personen uit deze sector functioneert nogniet. Dit was bij de vorige algemene beschouwingen uitgebreid onderwerp van discussie, maar het draait helaas nog steeds niet. Vanuit de operationele kant zien wij het Turf schip, waarvan de problemen ons allen bekend zijn. Het Brabants Or kest is niet duur, maar wel onbetaalbaar en trekt helaas maar een zeer gering aantal bezoekers uit Breda. Wat zich bij de Bibliotheek afspeelt is nog maar nauwelijks bekend, maar straks zal dit wel heel veel zor gen geven. Alle voorgaande sprekers hebben al gesproken over de Mu ziekschool, die schatten kost en een relatief klein aantal leerlingen heeft, terwijl het financieel gewoon onmogelijk blijkt te zijn de Bre dase jeugd dié muziekontwikkeling te geven die wenselijk is. De

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1971 | | pagina 1606