1650 16 DECEMBER 1971 De VOORZITTER opent de vergadering en spreekt het gebed uit, waarvan de tekst is opgenomen in artikel 10 van het reglement van orde voor de vergaderingen van de gemeenteraad, 1„ BEëDIGING VAN HET NIEUW BENOEMDE LID VAN DE RAAD DER GEMEENTE BREDADE HEER J. P. W. A. A. M. TAKS. Na door de secretaris te zijn binnengeleid, legt de heer Taks in handen van de voorzitter de bij de wet vereiste eden af. De VOORZITTER: Mijnheer Taks. Ik wil u heel hartelijk geluk wensen met uw benoeming tot lid van de gemeenteraad. 2. VERKIEZING WETHOUDER. De VOORZITTER: Dames en heren. Ik deel u mede dat wat de verkiezingsprocedure betreft de artikelen 28 t/m 31 van het reglement en de hierop betrekking hebbende artikelen uit de Gemeentewet van toepassing zijn. Ik verzoek in het stembureau zitting te nemen de heer Geene, mejuffrouw Paulussen en de heer Von Schmid. Wenst iemand een kan didaat of meerdere kandidaten te stellen? De heer SANDBERG: Onze fractie wil graag de heer Van Graaf- eiland kandidaat stellen. Bij de stemming worden 36 stemmen uitgebracht, waarvan 30 op de heer J. A. van Graafeiland, 1 op de heer J. L. G. Brooimans, 1 op de heer jhr. R. G. P. Sandberg en 4 in blanco, zodat de heer Van Graafeiland is benoemd tot wethouder. De VOORZITTER ontbindt het stembureau onder dankzegging aan de leden voor de genomen moeite. De VOORZITTER: Ik stel vast dat de heer Van Graafeiland is ge kozen tot wethouder van de gemeente Breda, Wil de heer Van Graaf eiland zich naar deze zijde begeven? De heer Van Graafeiland neemt onder applaus zitting achter de collegetafel. De VOORZITTER: Ik wil als eerste de heer Van Graafeiland van harte gelukwensen met zijn benoeming tot wethouder van de gemeente Breda. Het is naar mijn mening erg prettig en ook heel efficiënt dat het college nu weer voltallig is, terwijl het van grote betekenis is dat het college weer op maximale sterkte kan functioneren. Mijnheer Van Graafeiland. Ik hoop van harte dat u zich heel snel zult kunnen inwerken en dat u voldoende afstand zult kunnen ne men van de problemen, die ons op gezette tijden beroeren. Ik geloof dat het met u bijzonder goed zal gaan. Ik mag toch wel opmerken dat het militair element in het stads bestuur en zeker in het dagelijks bestuur nimmer zo sterk is geweest als op dit moment. Ongeveer 100 jaar geleden, in 1865, heeft een zekere kapitein Van der Hoeve zich bemoeit met de riolering in Bre da, maar wat wij nu in het dagelijks bestuur van de stad beleven is nog niet zo vaak vertoond. De K. M. A. - ook de heer Van Graafeiland

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1971 | | pagina 1650