1654 16 DECEMBER 1971 standpunt van het college inzake wijkraden en het actief of passief steunen daarvan te vernemen. Ik wil u verzoeken naar aanleiding van deze brief de raad een preadvies te doen toekomen over de wijze waarop u ten opzichte van deze wijkraad en andere wijkraden denkt te handelen en waarop u de wijkraden meent te kunnen stimuleren. De VOORZITTER: Ik zou u willen voorstellen het stuk nu voor kennisgeving aan te nemen en uw vraag te beantwoorden bij de rond vraag. Dat lijkt mij een correctere handelwijze. Zonder verdere beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkomstig hetgeen bij elk der stukken is voorge steld, met uitzondering van het stuk onder punt 9 dat van de agenda is afgevoerd. 5a. VOORGESTELD WORDT HET VOLGENDE STUK OM PREADVIES IN HANDEN TE STELLEN VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS: Brief van een aantal bewoners uit de Irenestraat d. d. 21-10-1971, waarin bezwaar wordt geuit tegen toestemming aan NAC plaatsing benzineverkooppunt aan de Irenestraat. De heer KROON: Ik wil niet ingaan op de merites van dit stuk; daarover zijn al vragen gesteld in de raad door de heer Van Banning en anderen en in diverse afdelingen door mijzelf. Voor zover mij be kend hebben de briefschrijvers tot op heden geen antwoord ontvangen, afgezien van de handelingen die nodig zijn ingevolge de Hinderwet. Het zou naar mijn mening toch wel correct zijn de verzoekers te be richten dat deze aangelegenheid in behandeling is. Men wacht nog steeds af wat er zal gaan gebeuren, men weet eigenlijk nog niets. De brief is gedateerd 21 oktober en nu, twee maanden later, wordt dit schrijven in handen van burgemeester en wethouders gesteld om pre advies. Het zou m. i. zinvol zijn de verzoekers mede te delen dat deze kwestie in behandeling is. De VOORZITTER: Het komt ook mij correct voor dat daarvoor wordt zorg gedragen. Het preadvies is m.i. op betrekkelijk korte ter mijn te verwachten. Zonder hoofdelijke stemming wordt vervolgens conform het voor stel van burgemeester en wethouders besloten. De VOORZITTER: Alvorens met de agenda door te gaan wil ik u mededelen dat van de novembervergadering een aantal vragen is overgebleven, gesteld door mevrouw Van Nes ingevolge artikel 12 van het reglement van orde, welke vragen wij u bij schrijven van 16 november hebben doen toekomen. Het college van burgemeester en wethouders heeft in de vorige vergadering toegezegd deze inter pellatie gaarne in de vergadering van heden te behandelen. Mevrouw Van Nes heeft zich daarmee akkoord verklaard en de raad heeft met het houden van de interpellatie ingestemd. Wenst mevrouw Van Nes nog een toelichting te geven op de door haar gestelde vragen? Mevrouw VAN NES-BRANDS: Ik heb enige tijd geleden toestem ming verzocht voor het aan het college stellen van vragen en ik acht

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1971 | | pagina 1654