1671
16 DECEMBER 1971
miljoenenverliezen, die hij ten aanzien van het verwarmingsbedrijf
uit de krant heeft moeten lezen. Ik wil hem dan naar wat meer gerichte
informatie verwijzen, met name naar de door uw raad goedgekeurde be-
groting-1972. Op pagina 24-60 staat letterlijk het bedrag van
3. 074. 072, - dat vanmorgen in de krant was opgenomen, waarbij
te lezen is: "Dit zijn de geaccumuleerde tekorten tot en met 1970
van het verwarmingsbedrijf. Het is dus helemaal geen prerogatief
van De Stem dat zij subversieve informatie van het college krijgt; het
is m. i. gewoon een analyse van de begroting die al door de raad is
goedgekeurd.
De heer Sandberg heeft geconstateerd dat de wethouder nu met
een heleboel informatie is gekomen. Het is niet meer dan mijn bedoe
ling geweest de heer Crul antwoord te geven op zijn eerste interpella-
tievraag en ik heb daarbij gezegd dat het een saaie vertoning zou wor
den. Ik hoop echter dat u mij en het college te goede zult houden dat
die informatie uiteraard zal worden verwerkt in de aanbieding van de hele
problematiek van het hoogspoor in februari 1972.
De heer Van Loon heeft een moeilijk te beantwoorden vraag ge
steld. Hij heeft geconstateerd dat het college een adequate informatie
verstrekt over de rioolwaterzuiveringsinstallatie en hij zou graag op
dezelfde wijze worden geïnformeerd met betrekking tot het hoogspoor.
Dat zou ik voor 100% willen toezeggen, als dat althans mogelijk is.
Dat klinkt natuurlijk weer heel erg cryptisch, maar bij de rioolwater
zuiveringsinstallatie, dat een project in eigen beheer bij openbare wer
ken is, kunnen per post kostenstijgingen en renteverliezen worden opge
geven. De vraag is of dat ook mogelijk is terzake van het hoogspoorpro-
ject, dat in tiéntallen onderdelen is te splitsen. Wij proberen steeds
bij de Nederlandse Spoorwegen een inzicht te krijgen in de administra
tie van de stijging van de kosten per onderdeel. Ik hoop dat dit op een
duidelijke en inzichtelijke wijze aan de heer Van Loon en de andere
raadsleden wordt geëtaleerd.
De heer VAN LOON: Wij moeten het betalen, neem ik aan.'
Wethouder VAN DUN: Natuurlijk, dat vloeit voort uit het con
tract.
De heer Von Schmid is van mening dat het college bij de beant
woording van de vraag over de reserves een kans heeft gemist. Ik twij
fel daaraan.
Op de vraag van de heer America wanneer het besluit met betrek
king tot het fonds opslag grote werken is genomen kan ik nu geen antwoord
geven, maar m. i. kunnen wij daarop bij de behandeling in februari terug
komen.
De VOORZITTER: Dames en heren. Ik stel u voor de discussie over
deze interpellatie te beëindigen en de nu verstrekte informatie voor ken
nisgeving aan te nemen, informatie overigens die niet vanwege het
college van burgemeester en wethouders aan de pers is verstrekt. Ik
ben van mening dat deze kwestie nu wel kan worden afgesloten met
de toezegging, die al door de wethouder is gedaan, dat deze aangelegenheid
in februari 1972 met al le informatie die u wenst aan de orde zal komen.
Hierna wordt gedurende enige ogenblikken gepauzeerd.
De VOORZITTER: Ik heropen de vergadering.