1709 20 DECEMBER 1971 Mevrouw jager vroeg om een bepaalde vrijheid van handelen voor het individu. Ik wil er nogmaals op wijzen dat de bouwverorde ning bestaat en dat wij die moeten toepassen. Ik geloof dat wij ook met het oog op die termijn van vijf jaar een gelukkig samenspel heb ben van de bestaande regeling en de vrijheid zich al dan niet te wil len aansluiten. De heer Kramer vroeg zich af waarom dit stuk indertijd is aan gehouden. Dat was een beslissing van het college, want tijdens de eerste vergadering van de afdeling voor het Energie- en Waterbedrijf bemerkte dit dat alleen al de afdelingsleden een dermate grote hoevee- heid vragen te stellen hadden dat het niet goed zou zijn de raad te ver rassen met dat stuk, dat kennelijk onvoldoende informatie verstrekte. Wij wilden het een maand aanhouden om ook de overige leden die geen lid zijn van die afdeling in staat te stellen via de notulen van die afde lingsvergadering kennis te nemen van de verdere informatie. De heer Kramer vond het jammer dat er geen proefenquête ge houden is. Wij hebben die enquête niet gehouden omdat wij de eigen wijsheid in pacht menen te hebben. Wij menen te mogen veronderstel len dat de belangstelling in Breda zo groot is dat die 70% gemakkelijk wordt gehaald. Ik neem overigens niet aan dat de N. V. Casema zich in een avontuur stort. De heer Kramer wees erop dat die "prik" van 6, 50 tijdens de aanleg niet verhoogd moet worden. Hier spelen enkele factoren een rol, zoals de duur van de aanleg, de tijdsfasering, onvoorziene om standigheden e. d. In de voorgestelde procedure is ten aanzien van de tariefstelling een garantie ingebouwd. De heer Kramer weet waarschijnlijk beter wat de extra-kosten zijn bij een overgang van c. a. i. naar c. as. dan ik. Ik kan op die vraag geen antwoord geven. Zijn fractievoorzitter heeft wel eens gezegd dat wij niet de ge vangene van de N. V. Casema moeten blijven. Ik heb dezelfde frac tievoorzitter wel eens andere uitspraken horen doen, bijvoorbeeld over het fuut-effect. Bij de vaststelling van de prijzen willen wij dat effect niet direct introduceren, maar wij willen wel een verantwoorde marge handhaven. Het is merkwaardig dat de protestant-christelijke fractie altijd met professoren op de proppen komt. De heer Kramer noemde in dit geval professor Bordewijk. De heer KRAMER: Vindt u dat typisch? De heer FROGER: Wij hebben het er ook over gehad, maar wij hebben geen namen genoemd. De heer VAN DUN: Professor Bordewijk is naar mijn mening geen tegenstander van het systeem dat nu aan de orde is. Hij begint pas moei lijk te doen als het gaat over het c. a.s. Wat zal er gebeuren als die vijftien jaar voorbij zijn? Op dit mo ment kunnen wij hierover geen zinnige uitspraak doen. Ik zou mij kun nen voorstellen dat wij, als de gemeente tegen die tijd het contract zou willen beëindigen, een vergoeding aan de N. V. Casema zouden die nen te betalen. Ik zou het wel plezierig vinden als zulks in het con tract exacter geregeld zou worden als ik het nu kan zeggen. In de afdeling is reeds toegezegd dat afdelingsleden in de ge noemde commissie van overleg zitting zullen hebben. Dit zal vanuit

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1971 | | pagina 1709