169 11 FEBRUARI 1971 een aantal woningen in reserve te houden om dergelijke mensen te kunnen helpen. Veel mensen blijken eerder gehandicapt te zijn dan in feite nodig zou zijn, door het ontbreken van voorzieningen met betrekking tot de bereikbaarheid van openbare gebouwen, open bare parken, etc., waarbij hellingbanen in plaats van trappen op hun plaats zouden zijn. Wij verzoeken het college in de toekomst reke ning te willen houden met deze bereikbaarheid voor gehandicapten, waaronder mede de bejaarden te rekenen zijn. Wethouder VAN DUN: Als ik de heer van Overveldt goed begre pen heb, heeft hij gevraagd naar de introduktieprijs van garages van woningbouwverenigingen. Ik ben van die situatie niet op de hoogte en waarschijnlijk ook niet verantwoordelijk. Wanneer dit is wat hij bedoeld heeft zeg ik hem graag toe dat ik zijn opmerking zal meenemen naar het maandelijks overleg met de woningbouw- verenigingen. Meer kan ik er niet van zeggen. De heer van Merkom heeft twee zaken aan de orde gesteld. In de eerste plaats heeft hij het over de 50% beschikbaarstelling door de woningbouwverenigingen in Breda. Ik wil voor alle duidelijkheid nog eens herhalen dat de woningbouwverenigingen heel veel doen aan de oplossing van de woningnood, maar dat de divergentie in prioriteiten nog wel eens verschilt. Uit eigen waarneming in de eerste drie maan den van de urgentiebepaling, zowel van de woningbouwverenigingen als van de gemeente, is mij gebleken dat juist de door hem ge noemde problemen van gehandicapten, met name op het gebied van de hart- en vaatziekten, zeer hoge prioriteit hebben, zodat deze mensen ook inderdaad die woningen krijgen die in verband met hun inconvenient het beste zijn. Tenslotte spreekt de heer van Merkom over de bereikbaarheid van openbare gebouwen. Hetgeen hij daarbij heeft gevraagd meen ik hem van ganser harte te mogen toezeggen. Zeer veel openbare gebouwen in Breda zijn, zo niet aan renovatie, dan toch aan vernieiiwing toe en daarbij zal zeer zeker met de bereikbaarheid voor de door hem genoemde categorieën rekening worden gehouden. De heer VAN OVERVELDT: De heer van Dun heeft mijn vraag niet helemaal goed begrepen. Ik heb namelijk gevraagd of de garages in Geeren-Noord worden verhuurd door de gemeente of door de woning bouwverenigingen. Mocht het eerste het geval zijn, zo luidde mijn vraag verder, vraagt de gemeente dan ook voor de eerste maand een bedrag van 90,-- tot 105,-- vooruit? Wethouder VAN DUN: Ik bied mijn excuses aan aan de heer van Overveldt, maar hij noemde het woord "woningbouwverenigingen". De in vraag 103 bedoelde garages worden door de gemeente verhuurd en daarvoor is niet de door hem bedoelde entreeprijs van toepassing. De begroting van het woningbedrijf A wordt hierna zonder hoof delijke stemming ongewijzigd vastgesteld. c. Woningbedrijf B. Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt de begroting van het woningbedrijf B ongewijzigd vastgesteld.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1971 | | pagina 169