1723 20 DECEMBER 1971 vertellen wat de financiële consequenties zijn van het budget voor 1972? Wethouder BROEDERS: Ik kan de heer Van Banning geen cijfers verstrekken; ik kan alleen de problematiek in het algemeen signaleren. Voor kortlopende leningen rekenen wij een rentepercentage van l?°lo. Als alles geconsolideerd wordt is het renteverschil ^°]o. Ik ga ervan uit dat wij minder zullen kunnen investeren en dus minder nieuwe geld leningen zullen kunnen aantrekken dan wij in onze calculatie hebben berekend. Dat zou een rentevoordeel opleveren. Deze twee factoren - i°]o aan rentenadeel van de langlopende leningen tegen het voordeel van het achterblijven van de investeringen - tegen elkaar afwegend kom ik tot een resultaat dat in het budget merkbaar kan zijn. Op deze vra gen zal ik in de afdeling voor de Financiën nader terugkomen, want ik heb nu de cijfers niet bij de hand. Hierna wordt de nota zonder hoofdelijke stemming voor kennis geving aangenomen. De VOORZITTER: Mij is gebleken dat sommige leden van de raad het op prijs zouden stellen te weten wat het standpunt van het college is met betrekking tot het aanwijzen van een lid van het college in de raad van commissarissen van de N. V. Het Turfschip en in de commissie ad hoe. Ik deel daarom hierbij mede dat het college daar voor de heer Van Graafeiland heeft aangewezen. Hierna wordt gedurende enige ogenblikken gepauzeerd. De VOORZITTER: Ik heropen de vergadering. Met de behandeling van de agenda waren wij tot punt 10 gekomen, maar ik heb begrepen dat er iets bijzonders aan de hand is. De heer Kroon heeft daarover het woord gevraagd. De heer KROON: Juist voor de pauze heeft u een aankondiging gedaan met betrekking tot het Turfschip. In het seniorenconvent is daarover beraad geweest. Met het oog op het feit dat enkele raadsle den wat vroeger weg zullen gaan, wil ik u verzoeken de punten 39 en 41, die betrekking hebben op het Turfschip en de benoeming van com missarissen en leden van de commissie ad hoe, eerder aan de orde te stellen. De VOORZITTER: Ik heb daar geen bezwaar tegen. Wellicht is het verstandig de punten 39 en 41 gecombineerd te behandelen. Aldus wordt besloten. 39. VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT HET DOEN VAN EEN AANBEVELING VAN TWEE COMMISSARISSEN BIJ DE N.V. HET TURFSCHIP. De heer VAN LOON: De heer Kroon heeft al opgemerkt dat over de punten 39 en 41 beraad is gehouden door de fractievoorzitters.Wij von den in verband met hetgeen tijdens de begrotingsbehandeling is gezegd in deze punten reden vooraf overleg te plegen om zo mogelijk met be trekking tot beide voorstellen tot een afgerond standpunt te komen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1971 | | pagina 1723