1734
20 DECEMBER 1971
en Kramer het stembureau vormen?
Voor de benoeming in de eerste vacature zijn uitgebracht
32 stemmen, waarvan 23 op de heer Brooimans, 5 in blanco, 1 op de
heer Von Schmid, 2 op de heer Van Loon en 1 ongeldig zijn uitgebracht.
Daardoor is met meerderheid van stemmen besloten de heer Brooimans
aan te bevelen als lid van de raad van commissarissen van N. V. Het
Turfschip.
Voor de benoeming in de tweede vacature zijn uitgebracht 32
stemmen, waarvan 21 op de heer Spanjer, 2 op de heer Sandberg, 1
op de heer Merkx, 6 blanco en 2 ongeldig, zodat met meerderheid
van stemmen is besloten de heer Spanjer aan te bevelen als lid van
de raad van commissarissen van N. V. Het Turfschip.
De VOORZITTER: Ik dank het stembureau voor de verrichte werk
zaamheden en ontbind het.
41. PREADVIES VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT INSTEL
LING VAN DE COMMISSIE AD HOC TER BESTUDERING VAN DE
PROBLEMATIEK BIJ HET TURFSCHIP N.V.
De heer VAN LOON: Ook over dit punt is door de fractievoor
zitters overleg gepleegd. Wij zijn daarbij uitgegaan van de inhoud
van het voorstel. Ik heb inmiddels begrepen dat de formulering in het
voorstel wat ongelukkig is, of wij hebben een duidelijk verschillende
interpretatie aan de inhoud gegeven. In de op twee na laatste alinea
staat: "Wij stellen u voor". Ik meende dat u daarmee de raad bedoelde.
Verder staat er dan: "tot instelling van die commissie over te gaan.
Ten aanzien van de samenstelling geven wij u in overweging de com
missie uit zes leden te doen bestaan, waaronder een lid van het college".
Wij meenden dat wij ook met betrekking tot het zesde lid van de com
missie - het lid van het college waarmee wij geen moeite hebben -
zouden kunnen overleggen.
Mede uit uw mededelingen heb ik begrepen dat uw college van
mening is dat het lid van het college niet alleen uit, maar ook door
het college moet worden aangewezen. De fractievoorzitters hebben
daar niet zo verschrikkelijk veel moeite mee, maar ik hoop dat u ons
toestaat dat wij met betrekking tot het lid van het college een advies
uitbrengen.
Ik heb al eens gezegd dat wij ook in hernieuwd beraad onver
anderd van mening zijn gebleven dat de functies van commissaris van
de N.V. Het Turfschip en lid van de commissie ad hoe onverenigbaar
zijn. De fractievoorzitters willen voor de commissie ad hoe als leden
voordragen de heren Sandberg, Van Merkom, Crul, Roozenboom en
Van Loon. Wij willen u adviseren de heer Mans namens het college in
de commissie te benoemen.
Wethouder VAN DUN: Ik ben blij dat de heer Van Loon het col
lege het voordeel van de twijfel heeft gegeven door te zeggen dat het
stuk wat moeilijk geformuleerd is. Het is evenwel duidelijk de bedoe
ling van het college geweest dat de vertegenwoordiger van het college
in die commissie door het college wordt benoemd. Hierover bestaat
dus geen misverstand.