174 11 FEBRUARI 1971 verhoging zal dan ook niet voldoende zijn. Het lijkt ons zinvol hierover op korte termijn de discussie te openen. Ten aanzien van de huisvuilophaaldienst kennen wij het principe van de kostendekking, zoals in het antwoord op vraag 20 is gefor muleerd. Alleen met deze restrictie dat wij, rekening houdend met het bovengenoemde, komen tot een rechtvaardige heffing van deze rechten. Onze gedachten gaan uit naar een methode van heffing waardoor de vergoeding voor deze diensten naar draagkracht wordt geregeld. Wij vragen ons af of een alternatief zou kunnen zijn de heffing te berekenen naar de huurwaarde van de woning. Wethouder MELZER: De heer Kramer heeft nog eens zijn gemoed gelucht over de minder prettige, of liever gezegd: de rokende en stank verspreidende vuilopslag in Bavel. Ik kan mij heel goed voor stellen dat hij zegt dat dat niet al te lang meer mag duren, ik ben het daar helemaal mee eens. Ik kan hem zeggen dat er besprekingen zijn geweest met de Grontmij, waarin de toezegging is gedaan dat deze stortplaats in Bavel, die toch nog vele jaren zal blijven bestaan vanwege de leemwinning die daar plaatsvindt, zal worden omgebouwd tot een model-stortplaats. Dat is duidelijk toegezegd in het onderhoud en wij verwachten daar binnenkort de schriftelijke bevestiging van. De resultaten daarvan zal men zeker in de eerstvolgende vergadering van de afdeling voor het vervoerbedrijf vernemen. Hiervan uitgaande en mede gezien de financiële consequenties opteer ik bij voorkeur voor Bavel wanneer daar een model-stortplaats komt waar wij in de komende jaren op een verantwoorde wijze ons Bredase vuil kunnen verwerken, liever dan naar een verder gelegen gebied te gaan, al was het alleen maar vanwege de transportkosten, Ik heb vanmiddag gezegd dat op langere termijn de gedachten uit gaan naar vuilverbranding, maar de mogelijkheid bestaat dat uit de studie nog naar voren komt dat mechanische verwerking of compos- tering een betere oplossing is. De partners in het intergemeentelijk overleg zijn in de eerste plaats de W. E. B.-gemeenten, maar daar is een belangrijke partner bij gekomen. Daarmee heeft pas vorige week een eerste gesprek plaatsgevonden en daarom konden wij er moeilijk iets over in het vraag- en antwoordboek zetten. Dit is de gemeente Tilburg. Samen met de gemeente Tilburg willen wij een studie laten verrichten om na te gaan wat voor het gebied groot- Tilburg en groot-Breda voor de toekomst de beste oplossing is. De heer Sandberg heeft zijn waardering uitgesproken voor het bedrijf. Ik wil zijn woorden van waardering gaarne overbrengen naar de plaats waar die thuishoren. Verder heeft ook hij het gehad over de onhoudbare situatie in Bavel, waarover ik inmiddels in mijn ant woord aan de heer Kramer heb gesproken. Men kan er op rekenen dat wij de situatie in Bavel met argusogen zullen blijven volgen, maar ik meen toch te mogen rekenen op het woord van de directie van een belangrijk bedrijf als de Grontmij is. Wat de tariefstelling betreft zou ik willen zeggen dat een jaar lijkse aanpassing van het tarief daarom een goede zaak is omdat het een ieder duidelijk zal zijn dat verbranding of moderne mecha nische verwerking van huisvuil een niet onbeduidende kostenpost zal zijn. Door die aanpassing zal er een minder bruuske tariefswijziging plaatsvinden dan wanneer wij het in de tijd dat wij nog blijven storten dit fixeren op een kostendekkend tarief.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1971 | | pagina 174