1770
27 DECEMBER 1971
Scholengemeenschap zijn door de Schoolpers Unie witte paspoorten
uitgereikt, welke niet geldig bleken te zijn in de Bredase Schouwburg,
Ik vraag mij af of het beleid van de schouwburgdirectie op dat moment
wel juist is geweest. Ik meen namelijk, dat er op het jeugdig schouw
burgbezoek een stimulerende werking zou kunnen plaatsvinden door het
toelaten van schoolpers. Ik zou het college daarom willen vragen of men
het beleid ten dien aanzien misschien zou kunnen ombuigen. Ik vraag
dit eigenlijk vooral ook, omdat de directeur van de stadsschouwburg
daarbij heeft gezegd dat men zich dat niet kon veroorloven. Ik denk
dan tevens aan het grote aantal vrijkaarten dat bij andere gelegenhe
den verstrekt wordt aan burgers in de stad. Het is mij nog steeds niet
helemaal duidelijk welke burgers dat precies zijn. Ik dank dan o. a.
aan de voorstelling van 1 januari, waarbij een groot aantal kaarten
terecht is gekomen bij mensen waarvan ik niet zie tot welke gemeen
telijke instantie zij zouden kunnen behoren. Ik vraag mij dan af of wij
ons dat wèl kunnen veroorloven.
De heer BROOIMANS: Men is thans bezig met de restauratie van
een aantal panden gelegen in de Reigerstraat aan de zijde van de Grote
Kerk. Enige tijd geleden heb ik in De Stem gelezen, dat aan enkele
huurders van deze panden toestemming zou zijn verleend tot 1 oktober
1972 daarin te blijven zitten. Hen is echter meegedeeld, dat niet voor
de toegezegde andere huisvesting kon wordqn,gezorgdHelaas heb ik
niet kunnen nagaan of inderdaad van enige toepassiftg jprake is. Mijn
vraag aan u is daarom of door het college enige toezeggingen gedaan c
werden en - indien dat inderdaad het geval is - waarom die toezeggingen
dan niet worden nagekomen?
De VOORZITTER: Ik kan nu deze vergadering sluiten met u dank
te zeggen voor het harde werk, dat in dit jaar is verricht. Ik heb de
vergaderfrequentie laten uitrekenen en daarbij is gebleken, dat wij
één keer per dertien dagen in dit jaar hebben vergaderd. Dat is een
frequentie, die de gemeente Breda nog nimmer gehaald heeft. Wij
zullen het ook erover eens zijn, dat op gezette tijden onduidelijkheid
of misschien wat onjuistheid voorkwam. Ik ga ervan uit, dat er geen
onoprechtheid in het spel was. Wanneer dat het geval zou zijn, moet
dit in het komende jaar in ieder geval anders gebeuren. Ik geloof dat
het goed is dit jaar 1971 - dat toch voor de gemeente Breda heel inge
wikkeld is geweest - met dat voornemen te besluiten. Ik dank u zeer,
ik wens u zeer goede dagen en vast een goed Nieuwjaar.
Druk: B. S. W. -Breda.