228
12 FEBRUARI 1971.
Gemeentelijke sociale dienst ongewijzigd vastgesteld,
m. gemeentelijke kredietbank-
Wordt zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming on
gewijzigd vastgesteld.
De VOORZITTER (wethouder Broeders): De vergadering is geschorst.
PAUZE.
De VOORZITTER: De vergadering is heropend. Ik dank de heer
Broeders voor de door hem bewezen diensten.
n. energie- en waterbedrijf
Hierbij komt tevens aan de orde het voorstel tot herziening van
tarieven voor levering van electriciteit onder lage spanning.
Wethouder MELZER: Ik zou die leden van de raad die de begro
ting van het energie- en waterbedrijf uitsluitend cijfermatig willen
benaderen erop willen wijzen dat door een groot aantal wijzigingen
die van kracht zijn geworden sinds de begroting is opgemaakt, o.a.
veroorzaakt door een hoger accres dan verwacht bij de levering van gas
en elektriciteit, de kwestie van de tarieven van de middengroepen, het
watertarief en de reductie die wij al of niet krijgen van de Gasunie ten
aanzien van de grootverbruikers, het in het voornemen ligt van het col
lege de raad in mei een gewijzigde begroting aan te bieden voor het
energie- en waterbedrijf.
De heer KROON: Ik dank de wethouder voor zijn toelichting. De
vraag die ik naar aanleiding daarvan zou willen stellen is of dit dan
een ander bedrag aan winstuikering te zien geeft op de begroting voor
de algemene middelen.
Gisteren heeft de wethouder een beroep gedaan op mijn rechtvaar
digheidsgevoel om die tarieven, die zoals hij zelf uitdrukt "kromgegroeid"
zijn, toch te willen goedkeuren. In mijn algemene beschouwing heb ik
gezegd dat ik geen moeite heb met de verhoging van de tarieven en de
voorgestelde belastingverhoging. Ik heb deze zaak alleen willen plaat
sen binnen het kader van de gehele budgettering. Het gebruiken van de
winstuitkering uit de bedrijven als dekkingsmiddel voor het budget is
een geheel andere zaak. Dat dit naar mijn gevoel nog steeds niet goed
uit de verf is gekomen en dat het kromgroeien van de tarieven mede
zijn oorzaak vindt in het feit dat de straatverlichting destijds uit de
algemene middelen is genomen en overgebracht naar het bedrijf is
m.i. daarvan het gevolg. Met de tariefsverhoging op zichzelf heb ik
geen moeite, zoals ik in eerste instantie ook al heb gezegd. Wat dat
betreft hoeft de wethouder dus geen beroep te doen op mijn rechtvaar
digheidsgevoel. Ik zou het echter op prijs stellen als de wethouder nu
zou willen antwoorden op mijn vraag of dit ook gevolgen heeft voor
het budget wat die 600. 000, -- betreft.
De heer VAN OS: Ik wil enkele opmerkingen van algemene aard
maken met betrekking tot de centrale wijkverwarming en de centrale
antenneinrichting.
Bij de beantwoording van de vragen wordt gesteld dat de commis-