231 12 FEBRUARI 1971. betreft veronderstel ik dat de wethouder, nu hij er persoonlijk bij be trokken is, alle moeite zal doen om ons het rapport, betreffende de in ventarisatie dat hij ons in de afdeling heeft toegezegd te doen toekomen. In de wijken waar de commissies functioneren hebben deze het vertrou wen van de gebruikers van de wijkverwarming. Het is dus zeker zaak dat die opnieuw in het leven worden geroepen. Wat de centrale antenneinrichting betreft veronderstel ik dat de heer Van Graafeiland doelt op het stuk van de Doenradestraat waar de bewoners zelf de financiering van een oplossing ter verbetering van de televisieontvangst ter hand hebben genomen. Het is bekend dat ook in andere delen van de stad de ontvangst van Nederland 1 en 2 slecht is. In aansluiting op de opmerking van de heer Van Graafeiland zou ik het college dan ook willen vragen of ook daar provisorische verbeteringen zouden kunnen worden aangebracht, tot de financieringsmoeilijkheden uit de weg zijn geruimd. Over het voorstel tot verlaging van de electriciteitstarieven zou ik nog het volgende willen opmerken. De P. N.E. M. waardeert die ver laging uit uniformiteitsoverwegingen met 166. 000, -- per jaar; een aardig bedrag. Het is bij mij niet helemaal overgekomen waarom daar zo'n hoge waardering van de P. N.E. M. tegenover staat. Ik heb al ge dacht aan fusies, reorganisaties of samensmelting van administraties, maar misschien kan de wethouder mij daar wat meer inlichtingen over geven. Wat de brandstofclausule betreft die nu ook in het voorstel is opgenomen zou ik willen opmerken dat een extra nadeel wordt geschat van 200. 000, -- voor dit jaar in verband met de late invoering. Er staat bij dat deze schatting globaal is, maar gezien de verkoopcijfers vind ik het bedrag nogal aan de hoge kant. Wellicht kan de wethouder ons ook daarover enige informatie verschaffen. Vooruitlopend op de vergadering van donderdag 18 februari a.s. wanneer het voorstel tot wijziging van de meteropneming en de incas so aan de orde komt, zou ik willen opmerken dat dit mijns inziens ook consequenties zal hebben voor de begroting. Wij hebben er in de afde ling al over gesproken, maar bij nader inzien is het mij toch nog niet geheel duidelijk wat er is gezegd. De kredieten die bij de verbruikers uitstaan zullen namelijk aanzienlijk teruglopen in de loop van dit jaar en nu vraag ik mij alleen maar af of dit consequenties heeft voor deze begroting wat de renteopbrengst betreft. Wethouder MELZER: Er is tussen mij en de heer Kroon kennelijk enige kortsluiting geweest. Ik heb overigens met genoegen van hem gehoord dat hij er geen bezwaar tegen heeft de tarieven voor de mid delgrote verbruikers recht te trekken. De heer Kroon heeft gevraagd waar de gewijzigde begroting, die is toegezegd, toe leidt. Op dit moment is dat een tamelijk onzekere zaak. Er zijn meevallers en tegenvallers. In dit verband is het resultaat van 1970 belangrijk en daarom kan die herziene begroting pas in mei worden aangeboden. Uit de resultaten van 1970 is een betere prognose te distilleren van het gebruik van gas en electriciteit. De heer Van Os heeft gesproken over de wijkverwarming. Het is mij bekend dat er nog wat klachten zijn, onder andere over geluidshin der van de leidingen. In het bijzonder voor de wijk IJpelaar is het bij zonder vervelend dat er zich grote hoeveelheden water onder de woningen bevinden. Daardoor is men op dit moment niet in staat adequate voorzie ningen te treffen. Een andere moeilijkheid is het ketelhuis aan de Rij - nauwenstraat, dat te veel lawaai produceert. Wij hebben aan geluids-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1971 | | pagina 231