232 2 FEBRUARI 1971. deskundigen opdracht gegeven daarnaar een onderzoek in te stellen en met een advies te komen opdat daar verbeteringen tot stand kunnen wor den gebracht. Ik heb ook grote zorgen over de veldleidingen. Nog niet zo lang geleden heb ik het college gewaarschuwd dat schade aan die leidingen f wel eens ernstige financiële consequenties zou kunnen hebben. Het rap port over de aanpassingen en verbeteringen aan de leidingen hebben wij een dezer dagen ontvangen. Het ligt bij het bedrijf voor advies. Het komt uiteraard vanzelf naar de raad. Men heeft gezegd dat wij de twee commissies wat formeel naar de buitenwacht hebben gestuurd. Ons college is bereid nog eens weer met die commissies te gaan praten over deze problematiek, mede naar aanleiding van de adviezen van het bureau Van Heugten. Wij hebben nog niet alle adviezen kunnen uitvoeren. Ik denk bijvoorbeeld aan regulateurs op de leidingen. Dat is veroorzaakt door te late levering. Daarnaast zijn er afsluiters gele verd die op de proefbank beslist niet voldeden aan de gestelde eisen. Inmiddels zijn zij door betere vervangen. Er is dus maar incidenteel sprake van het aanbrengen van de voorzieningen waartoe het bureau Van Heugten heeft geadviseerd. De ervaring van het ogenblik wijst uit dat de afsluiters vooral in het voor- en naseizoen behoorlijk voldoen. In het voor- en najaar verschilt het gebruik van het gebruik in de win ter. De afsluiters blijken een bijzonder nuttige functie te vervullen. Ik heb gesproken over de klachten die worden veroorzaakt door het ketelhuis. Het aantal klachten over de verwarming is aanzienlijk teruggelopen. Dit is naar ons oordeel veelal veroorzaakt doordat de meters van de radiatoren zijn verwijderd. Ik heb de betreffende raads- afdeling een rapport over de wijkverwarming toegezegd, omdat de raad zich tenslotte ook nog bezig zal moeten houden met de meters. De vraag is of wij bemeterd of onbemeterd warmte gaan leveren. Dat geldt uiteraard voor geheel Breda. Wij leveren niet in het ene gedeelte van de stad warmte met meters en in het andere gedeelte zonder. Het pre advies hierover zal aan de raad worden voorgelegd. Het ligt in mijn bedoeling hierover een rapport samen te stellen en dat rapport aan de raad door te spelen. Op dat moment kunnen wij nogmaals contact op nemen met de commissies die indertijd zijn ingesteld. Ten aanzien van de antennes kan ik zeggen dat wij door de hoogbouw, die onlangs tot stand is gekomen, verschillende klachteneilanden kennen. Dat gaat niet alleen om de Doenradestraat. Ik wil ook wijzen op Tuin- zicht en op de omgeving van de Graaf Hendrik III laan. Dat zijn ge bieden met laagbouw die dicht bij de grote flats liggen. Wij zouden bij zonder graag adequate maatregelen willen treffen, maar u hebt van de wethouder van financiën kunnen horen hoe moeilijk het is in Den Bosch financieringsmiddelen los te peuteren. Als wij daar komen met aanvra gen van kredieten voor antennesystemen komen wij in een degradatie zone terecht. Het enige hoopgevende is een bespreking met Casema. Het is dan ook jammer dat de begrotingsvergadering nu plaats vindt. Wij hopen dat de Casema het soulaas zal kunnen bieden. Het kosten- probleem heeft onze volledige aandacht. Over de masten wil ik nog zeggen dat zij allemaal zullen verdwijnen als het ons lukt een centraal antennesysteem te gaan gebruiken. Over de financiële problematiek heeft de raad nog steeds een bericht te goed waarin de totale kosten van de wijkverwarming zijn opgenomen. Aan de hand daarvan zijn bedragen af te leiden. Dit stuk is nog intern voor beraad. De zaak is nog niet afgesloten. Het gaat hier ook nog om de aansprakelijkheid. De zaak heeft volledig onze aandacht en wij hopen dan ook binnen niet al te lange tijd met voorstellen bij u

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1971 | | pagina 232