45 14 JANUARI 1971 22. VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT WIJZI GING VAN DE BOUWVERORDENING (3e WIJZIGING). De VOORZITTER: In dezelfde brief van 8 januari heb ik u voorgesteld dit voorstel aan te houden tot de volgende raadsverga dering, in verband met het feit dat de tijd van voorbereiding te kort is geweest. Aangehouden zijnde maakt dit voorstel geen onderwerp van beraadslaging uit. 23. VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT HUUR VAN RUIMTE IN HET HANDELSGEBOUW BREDA TEN BEHOEVE VAN HET HUISVESTEN VAN HET STATISCH ARCHIEF EN TOT HET BESCHIKBAARSTELLEN VAN HET DAARVOOR BE NODIGDE KREDIET. De heer SANDBERG: Over het algemeen zijn voorstellen als dit wel van een redelijke argumentatie voorzien en dienen zij naar ons inzicht dan ook goedgekeurd te worden. Het kader echter waarbin nen deze maatregelen genomen moeten worden vervult ons met grote zorg. Allerlei transport- en communicatieverliezen zijn de oorzaak, inefficiënt werken van de ambtenaren en last but not least geagi teerdheid bij de burgers die herhaaldelijk van het kastje naar de muur worden gestuurd. Dit zijn allemaal zaken waarop wij wellicht straks bij de begrotingsbehandeling nader op terug kunnen komen, maar de informatie die ik nu graag zou willen hebben om dat straks beter te kunnen beoordelen is wat de gemeente nu eigenlijk per jaar betaalt aan derden voor het huren van ruimte voor gemeentelijke diensten. Een aantal gemeentelijke diensten is ondergebracht in ruimten die eigendom zijn van derden, waarvoor wij per jaar dus een bepaald bedrag moeten betalen. Hoe groot is nu dit totaal bedrag, inclusief dit voorstel? Ik kan mij voorstellen dat de wethouder niet in staat is deze informatie nu een, twee, drie op tafel te brengen, maar in dat geval zou ik hem willen verzoeken voor de begrotingsbehandeling op deze vraag te antwoorden. Een tweede vraag, ik verwacht dat de wethouder daar wel ant woord op kan geven, is of het statisch archief nu wel een gemeen telijke dienst is die zich bij uitstek leent om juist in dit gebouw te worden ondergebracht. Natuurlijk zijn daarvoor argumenten aan te voeren, ik meen dat het dynamisch ofwel het lopend archief daar dichtbij is ondergebracht, maar gezien het feit dat verschillende gemeentelijke diensten nog zijn ondergebracht in ruimten die niet aan alle optimale eisen beantwoorden, vraag ik mij af of er niet beter sprake had kunnen zijn van een soort driehoeksruil, zodat een gemeentelijke dienst met vrij veel bureaufunctionarissen had kunnen worden ondergebracht in deze kantoorflat, die zich daarvoor beter leent, en het statisch archief in een andere ruimte. Dat neemt natuurlijk niet weg dat ik er begrip voor heb dat de ambtenaren

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1971 | | pagina 45