25 MAART 1971 520 pragmatische aanpak verdragen zijn naar mijn mening uitstekend te regelen via een gemeenschappelijke regeling. Kan men echter in alle ernst stellen dat het scheppen van een woonwijk voor onge veer 60. 000 mensen zo'n zaak is? Wat komt daar al niet bij kijken om dit tot in alle finesses te regelen en hoeveel mogelijkheden tot conflictstof zitten daar niet in! Een gemeenschappelijke regeling is bovendien niet aantrekkelijk door de getrapte wijze van vorming van het bestuursorgaan en zelfs beslist minder democratisch wan neer wij dit begrip beoordelen vanuit de directe democratie. Verder is een gemeenschappelijke regeling vrijblijvend. Hoe lang denkt men verder een gemeenschappelijke regeling te kunnen handhaven alvorens deze in te ruilen voor grenswijziging? Een andere oplossing zou kunnen zijn het wachten op de vor ming van een gewest. De wet die dit moet regelen is er echter nog niet en daarop wachten zal de tijdsfactor bepaald niet ten goede komen. Naar mijn mening is dit zeker het geval. Bovendien zou grenswijziging na de vorming van een gewest wel eens snel aan de orde kunnen komen. Kan het verleden week donderdag door Prinsenbeek genomen besluit als alternatief gelden? Afgezien van de staatsrechtelijke be tekenis die wij hieraan moeten hechten -- gemeentegrenzen worden immers door de Staten-Generaal bij de wet vastgesteld vraag ik mij af welke kans deze verkleinde herindeling maakt, even weinig vermoedelijk als een grotere waarover ik ook voorstanders heb ge hoord. Ik zou dan ook willen opmerken dat vragen om een grotere herindeling voor Breda toch een onmogelijkheid is. Breda heeft dit in het verleden altijd vermeden, teneinde niet het odium van land- veroveraar op zich te laden en dat kunnen wij nu ook niet doen. Overigens wil dit plan niet zeggen dat de Kamer te zijner tijd niet alsnog een gewijzigd plan voorgelegd zal krijgen. Een tegenargument dat ik vaak heb gehoord is dat het onder havige plan in strijd zou zijn met het streekplan. Ik zie dit niet in, gezien het flexibele karakter van het streekplan. De in het streek plan genoemde groenstroken tussen de dorpskernen en de stedelijke bebouwing verdwijnen niet als bij toverslag door een wijziging van de grenzen. Komende bestemmingsplannen zullen zeker aan het streekplan worden getoetst en het is derhalve te verwachten dat zij gehandhaafd zullen blijven, zoals ook in overeenstemming is met de moderne opvattingen van stedebouw. Ook zij die afwijzend staan tegenover dit herindelingsplan prijzen het streekplan o. a. om zijn groenstroken. Op dit punt zijn wij het dus eens en dat is ook niet te verwonderen, groenstroken zijn hard nodig als natuurlijke longen en voor de recreatie van de bewoners. Toch zal blijken dat de beste beveiliging tegen aantasting door bebouwing is, het besturen van het geheel vanuit één visie door één bestuur. Betrokkenheid bij het plaat selijk bestuur via één gemeenteraad is groter dan via een gemeen schappelijke regeling, al verhelen wij ons beslist niet dat er aan passingsmoeilijkheden zullen zijn, maar wellicht kunnen wijkraden een welkom middel zijn om deze moeilijkheden op te vangen. Ook in het huidige Breda leeft de wens te komen tot de instelling van wijkraden. Als het ons daarmee ernst is, zullen wij er goed aan doen spoedig onze visie hierover in een discussienota neer te leggen. Al te vaak neb ik de indruk dat wanneer twee mensen samen over wijkraden praten, dit niet betekent dat zij ook hetzelfde bedoelen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1971 | | pagina 520