552
25 MAART 1971
raden een beter alternatief plan hebben willen aanvaarden.
Burgemeester en wethouders menen dat geen beter alterna
tief plan is ingebracht.
Voor de oplossing van de actuele moeilijkheden die de ge
meente Breda heeft, speciaal i'nverband met de woningbouw, ver
dient het aanbod van de gemeente Prinsenbeek tot overdracht van
het gebied van de Haagse Beemden nadere overweging.
Burgemeester en wethouders zijn van oordeel op grond van
het bovenstaande dat het voorstel van Gedeputeerde Staten tot grens
wijziging van Breda-noord moet worden aanvaard, het meent dus dat
besloten moet worden conform het preadvies.
De heer VAN DER WERFF: U beschouwt het voorstel van Prin
senbeek zoals dat in de krant gestaan heeft dus niet als een alter
natief voorstel dat acceptabel is.
U weet dat ik een clausulering heb gemaakt ten aanzien van
de halfslachtigheid van het plan zoals het er lag. In het preadvies
is dat verder niet te vinden. Mag ik aannemen dat u mijn mening
over die halfslachtigheid deelt?
De VOORZITTER: Aansluitend op het preadvies van burge
meester en wethouders, waarvan ik de tekst nu wel uit mijn hoofd
ken, zou ik willen antwoorden dat het college van burgemeester en
wethouders gezegd heeft dat andere oplossingen mogelijk zijn voor
de grenswijzigingsproblematiek van Breda. Ik geloof dat daarmee,
nog buiten het toezenden van de notulen en dergelijke, toch iets
van uw gedachte verhoord is.
Het plan van Prinsenbeek heeft het college van burgemeester
en wethouders wel bereikt, namelijk in de vorm van een afschrift
van een brief aan het college van Gedeputeerde Staten van Noord-
Brabant. Er is geen overleg over gepleegd en het college is van oor
deel dat dit niet een beter alternatief plan is.
Ik ben toe aan stemming over de moties. Eerst zal ik de
motie van de heer van Os voorlezen:
"De gemeenteraad van Breda, op 25 maart 1971 in vergade
ring bijeen;
overwegende dat het herindelingsplan Breda-noord geen ade
quate oplossing biedt voor de problemen van Breda en omge
ving;
besluit zich uit te spreken tegen het genoemde herindelings
plan;
is van mening dat de ontwikkeling van de Haagse Beemden
met spoed door de gemeente Prinsenbeek ter hand dient te
worden genomen in nauw en open overleg met Breda;
en acht het niet uitgesloten dat de Haagse Beemden na vol
tooiing een sterke en zelfstandige randgemeente zou kunnen
worden.
De heer VAN OS: De bedoeling van de vergadering van van
avond is het zo goed mogelijk peilen van de gevoelens van de raad,
het resultaat daarvan door te sturen naar Gedeputeerde Staten, waar
na het nog bij andere instanties terecht zal komen. Ik heb getracht
uiteen te zetten dat wij een afwijkende visie hebben op de taak van
het gewest, waarmee ik West-Brabant in zijn geheel bedoel en niet
een vergrote regio of een federatie van regio's. Belangrijke bestuur-