586 22 APRIL 1971 hebben nl, in het kader van de planprocedure een aanvraag ingediend voor een avond-m. e„ a, o.ten behoeve van de handelsavondschool. De raad heeft daarin mede beslist. Inmiddels - ik wil u daarvan niet onkundig laten - achten wij het nog een open vraag, of de gemeentelijke m„e. a,o„ zonder meer door de gemeente gerealiseerd moet worden; misschien moeten wij aansluiting zoeken bij andere vormen van onderwijs. Hiervoor zijn vier mogelijkheden. Ten eerste kan men een relatie creëren met de dag-m. e. a„ o„ die wij al hebben in Breda, Ten tweede kan men aan sluiting zoeken met St. Olof. Ten derde zou er een relatie tot stand gebracht kunnen worden met de h. e. a. o. -school die eventueel ge sticht zal worden. De vierde mogelijkheid is inpassing in het bestaand avondschoolpakket. Zoals u weet, houden wij hierover contact met de verschillende instituten die met dit onderwijs te maken hebben. Wij moeten uiteraard op den duur aan u een voorstel in dezen doen, daarvoor zoeken wij naar een vorm waarmee de leerling het meest gebaat is; dat is het kernpunt in het beleid dat op dit gebied gevoerd wordt. Ik kan u niet antwoorden wat betreft de bestuursstructuur; u weet welke problemen er zijn. In dezen moet er van deze kant nog een nader voorstel komen. De heer Kramer heeft gesproken over de deelcertificaten. Deze zijn juist voor deze categorie leerlingen zeer belangrijk. Wij kunnen nu geen zekerheid hieromtrent geven, maar uit de gesprekken die wij hierover gehad hebben, hebben wij een sterke verwachting dat dat ge realiseerd kan worden. Hierna wordt zonder hoofdelijke stemming besloten overeenkom stig het voorstel van burgemeester en wethouders. 18. VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT HET BE SCHIKBAARSTELLEN VAN EEN KREDIET AD f 31.240, -- T. B. V. HET TREFFEN VAN BRANDPREVENTIEVE VOORZIENINGEN AAN HET PAND CATHARINASTRAAT 28-28a. Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders besloten. 19. MEDEDELING VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS INZAKE DE VESTIGING VAN EEN CASH-AND-CARRY-BEDRIJF IN HET PAND BARONIELAAN 107. De heer VAN OVERVELDT: Sprekende namens mijn fractie over het vóórliggende stuk, ben ik mèt u van mening dat u, op grond van de in deze gemeente geldende bepalingen, niet handelend hebt kun nen optreden tegen het in gebruik nemen van de voormalige garage aan de Baronielaan als cash-and-carry-bednjf. Er ontbreekt nl. een goede regeling voor vestiging van dergelijke bedrijven. Toch zal ons inziens een zodanige regeling noodzakelijk zijn om te komen tot ge zonde concurrentieverhoudingen. Om alle misverstanden te voorkomen wil ik nog eens verklaren dat ik in principe geen tegenstander ben van nieuwe distributievormen zoals verbruikersmarkten, cash-and-carry-bedrijven e. d. Wèl ben ik dit, wanneer door de vestiging van deze bedrijven het ordelijk econo misch verkeer zou worden verstoord. Hiertegen zullen in deze gemeen-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1971 | | pagina 586