603 22 APRIL 1971 West-Brabant nogal eens in kleine gemeenten plegen te wonen. Wan neer er een federatief regio-overleg ontstaat, komen deze burgers niet aan bod. De procentuele verhouding van de gezindheid van de burgers komt in federatief regio-overleg niet goed tot zijn recht. Tenslotte dit. Ik hoop dat ik de voorzitter goed begrepen heb en dat nu, wanneer de kwestie van het vliegveld in de regio's aan de orde wordt gesteld, de gemeenteraad gehoord wordt, voordat de ge meente Breda een standpunt inneemt. De heer VAN DER WERFF: Eerst een praktische vraag naar aan leiding van het N. E. I. -rapport. Bij het fractieberaad bleek dat alleen ik er toevallig over beschik. Zou het mogelijk zijn dat aan gemeente raadsleden een uittreksel of het stuk zelf zou worden ter hand gesteld? Ik ben het met uw opvatting eens - wanneer ik die goed tussen uw woor den door heb gehoord - dat dit rapport wellicht te veel achter de schrijf tafel is opgesteld en te weinig rekening houdt met de realiteit van ver houdingen en voorgeschiedenis. Ik geloof echter dat het rapport voor de leden van de raad van betekenis zou kunnen zijn, omdat er een aanpak voor geheel West-Brabant in bepleit wordt, zij het dat de ter mijnen verschillen en dat er een aantal keuzemogelijkheden in worden voorgelegd. Vervolgens zijn er nog een paar punten die ik aan de orde zou willen stellen. Er is min of meer een vraag blijven liggen, nl. of de W. E. B. de rapporten die voor die instelling zijn opgemaakt zal doorgeven aan de regioraden voor de uitvoering van de inhoud van die rapporten. Ik denk aan de rapporten over de industrialisatie en de acquisitie daarvan - daarover zou het E.T.I. benaderd worden -, over de vuilverwerking e. d. Wanneer dat zou gebeuren komt direct het probleem van de kos ten aan de orde. Men zal het E.T.I. en ook andere instanties voor die rapporten moeten betalen. Worden die kosten dan doorberekend door de W. E. B. - die door ons gesubsidiéerd wordt - aan de regioraad? De situatie gaat nogal onduidelijk worden, met een stichting in een raad e. d, en daarom vraag ik mij af of het veel zin heeft het W.E.B. te laten voortbestaan. Financieel gezien is de gemeente Breda, als ik het uit de statu ten goed begrijp, de grootste participant. Dit op basis van het inwoner tal volgens de artikelen 26 sub 2 en 27 sub 4. Deze gemeenteraad heeft daar, lijkt mij, nog minder invloed op dan op het subsidiëntenoverleg - ik zie een andere wethouder ineens schichtig omhoogkijken - en de consequenties daarvan zijn voor mijn fractie een beetje moeilijk. Wij weten eigenlijk niet wat wij nu gaan betalen en hoe dat aan ons voor gelegd gaat worden. Er staat wel in de statuten dat wij het voorgelegd krijgen, maar geen nadere uitwerking daarvan. In dit verband nog een andere vraag. Art. 4c roept een medede lingsplicht in het leven van de participerende gemeenteraden aan de regioraad. Ik heb echter nergens iets kunnen vinden over de verantwoor dingsplicht van de leden van de gemeenteraad die afgevaardigd worden naar de regioraad, een verantwoordingsplicht aan deze gemeenteraad. Dit lijkt mij een belangrijk aspect, juist uit het oogpunt van de demo cratische verhoudingen die vanavond al herhaaldelijk aan de orde zijn geweest. Ik zou dan ook willen besluiten - u kunt van mij niet anders verwachten - met de opmerking: "Liever getrapte democratie dan hele maal geen democratie".

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1971 | | pagina 603