619 22 APRIL 1971 een ander karakter krijgen: meer dat van sociale begeleiding en niet meer van een bank waar mensen in niet al te rooskleurige financiële positie toch een volwaardig leningscontract kunnen afsluiten. Dat was het verschil van mening. Ik zeg graag toe op deze zaak in de afdeling financiën uitvoeriger terug te komen, met cijfers erbij. Wethouder DE RAAFF: Als ik de verwijten van de heer Kramer kleine verwijten genoemd heb, heb ik niet tot uitdrukking willen bren gen dat ik de woorden van de heer Kramer niet serieus zou willen nemen; dat doe ik uiteraard wel. Hij zegt dat er problemen zijn en dat hij graag zou zien dat de wethouder de raadsleden uitnodigde. Ik pleeg graag over leg, maar ik heb geen raadsafdeling voor personeelszaken en ik heb ook nog geen commissie voor personeelsaangelegenheden. Zou ik toch met de raadsleden die in het georganiseerd overleg zitten overleg willen ple gen, dan moet dat voorlopig nog op informele basis zijn. De heer KRAMER: Dat is in het verleden meermalen gebeurd met de vorige wethouder. Wethouder DE RAAFF: Als voorbespreking van het georganiseerd overleg, maar niet los daarvan bijeenkomend. Ik wil met alle soorten van genoegen overwegen of daartoe mogelijkheden zijn. De heer Kra mer vraagt: "Wil de wethouder het georganiseerd overleg alsnog inschakelen bij het bepalen van rang en salaris van de directeur?" Als dat mogelijk is, wil ik dat beslist nog doen. De heer Von Schmid vraagt waarom de delegatie hier zo geformu leerd staat. Er zijn in de tabellen voor de salarissen en rangen een aan tal functies met name genoemd. Deze staat er niet in. Deze tabellen zouden dus gewijzigd moeten worden: dat zou alleen maar uitstel be tekenen van deze benoeming. Aan de andere kant willen wij de ont wikkeling van de bank enigszins aanzien. Met de groei van de bank zou ook de rang moeten groeien. Er zijn rangen waar de heer Van Eijl naar alle redelijkheid, na overleg met het G. O.ingepast kan worden. Op dit ogenblik vonden wij het nog niet nodig een aparte rang met naam te noemen. De VOORZITTER: Dit voorstel heeft aanleiding gegeven tot uit voerige beschouwingen. Het ging, zoals u zich zult herinneren om de benoeming van een directeur. Alle mededelingen en opvattingen die nu gelanceerd zijn zijn uiteraard door het college ter harte genomen. Hierna wordt zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders besloten. De VOORZITTER: Ik wil de heer Van Ei jl alvast heel hartelijk gelukwensen met deze benoeming. 42. PREADVIES VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS INZAKE WIJZIGING VAN DE SALARISREGELING GEMEENTESECRETARISSEN NOORD-BRA BANT EN DE SALARISREGELING GEMEENTE-ONTVANGERS NOORD BRABANT. Zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming wordt besloten over eenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1971 | | pagina 619