649
27 MEI 1971
dering voor openbare werken en financiën. Ik begrijp niet waarom dit
stuk nu niet aan de orde gesteld zou kunnen worden. Als men stelt dat
er niet voldoende informatie is verstrekt om dit memorandum te kun
nen behandelen, dan is dat te enenmale onjuist.
De heer VAN DER WERFF: Democratie betekent: het hanteren van
spelregels. De volksvertegenwoordiging van Breda heeft zojuist een de
mocratisch besluit genomen naar aanleiding van het voorstel van de
heer Crul en tien andere raadsleden. Dat voorstel is verworpen. In een
democratie is het gebruikelijk dat men dan toch het spel verder mee
speelt. De heer Von Schmid heeft daar al zeer terecht op gewezen.
Het is bijzonder spijtig dat de verhoudingen zodoende in deze raad be
dorven worden. Iedereen is vrij zich aan een discussie te onttrekken,
maar dat is dan ieders eigen verantwoordelijkheid. Wij kunnen daarvoor
de agenda niet meer veranderen.
De heer KROON: Ook naar mijn mening moeten wij de agenda
die voor ons ligt normaal afwerken. De heer Crul is vanavond onverhoeds
met een voorstel gekomen, zonder daarover ook maar enig overleg te
hebben gepleegd. Destijds heeft de heer Crul het seniorenconvent in
een verkeerd daglicht geplaatst en dat heb ik hem meerdere malen verweten.
In het verleden was het gebruikelijk dergelijke ordevoorstellen in het senio
renconvent te bespreken. De heer Crul heeft dat niet gewild; hij schuwt
het overleg met de fractievoorzitters nog steeds, dat hij destijds heeft
gekwalificeerd als "het snoepje van de week". Er is thans een democra
tisch besluit genomen ten aanzien van het ordevoorstel van de heer Crul.
Wij kunnen ons nu niet laten ringeloren door een minderheid van de
raad, die de zaal heeft verlaten. Zij hebben zich aan de verantwoorde
lijkheid onttrokken, wij moeten daarentegen die verantwoordelijkheid
blijven dragen.
De heer Spanjer: Hoewel ik één van de vijftien raadsleden was
die vóór het verworpen voorstel hebben gestemd, zit ik hier nog. Toen
ik het voorstel mede ondertekende, wist ik niet dat andere raadsleden
daaraan déze consequentie zouden verbinden. Ik vind dat onjuist en
ondemocratisch. Voor mij heeft zich nu een apart probleem voorgedaan.
Het was niet de bedoeling dat ik als spreker van mijn fractie zou optre
den bij de behandeling van punt 4 van de agenda. Nu moet ik er toch
iets over zeggen, maar dat zal niet veel kunnen zijn.
De heer VAN DER WERFF: Daarover wil ik bij interruptie graag
een vraag stellen. Ik had begrepen dat de P.A.K. -fractie niet aan de
ze discussie zou deelnemen. Maakt de heer Spanjer geen deel meer
uit van de P.A.K. -fractie?
De heer SPANJER: Het is wat moeilijk om daar nu op in te gaan.
De VOORZITTER: Daar hebben wij begrip voor.
Dames en heren. De heer Von Schmid heeft zijn twijfel geuit
over de betekenis van de voortzetting van deze bijeenkomst.
De heer VON SCHMID: Ik sluit mij aan bij wat de heer Van Loon
heeft gezegd.
De VOORZITTER: De raad zal zich dan over een schorsing moeten
