66 9 FEBRUARI 1971 program, waarin wel hoog wordt opgegeven over onderwijs en wijk- belangen.l' In hetzelfde artikel geeft de heer Froger in antwoord op de vralag: "Hoe wordt Uw houding tegenover de K. V. P. in de raad?": "Positief. Komt er uit die hoek een positief voorstel, dan krijgt dat onze steun. Nu zit de K. V. P. bepaald niet op de steun van Bredase Belangen te wachten. Terwille van de politieke duidelijkheid ware het echter wel goed, als van de zijde van die groepering nu maar eens duide lijk zou worden gezegd op welke constructieve wijze men denkt de belangen en meer speciaal die met betrekking tot onderwijs en wijk- problemen, te behartigen. De heer FROGER: Het raadhuis van Princenhage! De heer VAN LOON: Daar kom ik straks op terug, mijnheer Froger. Vermeende veronachtzaming juist van die belangen was immers de oorzaak van de nieuwe lijst? Het is niet onbekend, dat de heer Froger eerst op het allerlaatste ogenblik voor deze kar is gespannen. Ik hoop echter dat hij die omstandigheid niet zal aangrijpen om zich van de verkiezings toezeggingen van zijn groepering te distantiëren. Zijn antwoord, maar vooral zijn daden, zie ik met de grootste belangstelling te gemoet. Naast deze meer principiële zaken is er nog een groot aantal vraag stukken dat ons in toenemende mate bezighoudt. Het is natuurlijk binnen het kader van een begrotingsbehandeling onmogelijk alle urgente zaken te bespreken. Terwille van de tijd moet ik mij in deze beschouwing beperken tot een aantal terreinen en sub-terreinen welke voor de welvaart en het welzijn van onze samenleving van het allergrootste belang zijn. STADSONTWIKKELING. In de komende jaren zullen met betrekking tot de ontwikkeling van onze stad vele belangrijke beslissingen genomen moeten worden. Het beeld van de stad geeft op het ogenblik een allesbehalve fraaie en harmonische aanblik. Binnen de kortste keren zullen minstens de plannen gemaakt moeten worden om hierin verandering te brengen. Centraal in de functie en de stedebouwkundige mogelijkheden van de binnenstad staan: 1. de realisering van een bestuurscentrum in de Beyerd-woestijn. 2. de functiebepaling en de mogelijkheden van de binnenstad. Naar mijn opvatting dient voor het bestuurscentrum op heel korte termijn een zodanig flexibel bouwplan te worden gemaakt, dat het mogelijk is de bouw hiervan op realistische wijze, desnoods in fasen, te verwezenlijken. Als het op dit ogenblik vanwege het ontbreken van financieringsmiddelen niet mogelijk zou zijn b. v. te voorzien in de dringend noodzakelijke ruimten voor de administratieve diensten

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1971 | | pagina 66