676 1 JUNI 1971 komt in de afdelingsvergadering een brief ter tafel van het stichtings bestuur van de Trapkes die aan het college is gericht. De brief maakt het in alle opzichten niet duidelijker. Een bepaalde twijfel wordt bij ons wel versterkt. Die brief zegt - ik geef het uiteraard beknopt weer - het volgende: Ie, het bestuur keurt het pamflet af, 2e bestuur en direc tie kunnen niet beletten dat de werkgroep de Trapkes officieel tot do micilie verklaart; 3e, de leden van de werkgroep behoren min of meer tot de vaste bezoekers; mijn kanttekening hierbij is dat zij dus wel be kend zijn; 4e, het is onmogelijk om binnen de Trapkes preventief toe zicht uit te oefenen, hetwelk ook bepaald onjuist zou zijn, en 5e„ het bestuur geeft de verzekering dat men bij de activiteiten die binnen het kader van de stichting worden ontplooid de openbare orde dient te eer biedigen, Dit zijn de belangrijke punten in deze brief, maar daarin schuilt juist de gevaarlijke onduidelijkheid. Mijn advies is dan ook: leest u de brief nog eens goed, wat men zeggen moet staat er niet in. Wat is nu door die brief duidelijk geworden? Ten eerste is dat dat het bestuur het zelf niet zal doen, het keurt het zelfs af. Ten tweede is dat dat, als de mensen eenmaal binnen zijn, het bestuur of de direc tie er niets aan doet en de sabotagevoorlichting rustig laat doorgaan, Het is voor onze fractie onbegrijpelijk dat uw college met deze brief genoegen neemt. Weet u wat dit wil zeggen? Dat er sprake kan zijn van medeplichtigheid in verband met het uitlokken tot een eventueel misdrijf. Hoe hebben wij het nu met de overheid? In het wetboek van strafrecht handelt een aantal artikelen over - ik zeg het vertaald - sa botage, In titel V, Misdrijven tegen de openbare orde, is in dit geval ons inziens art. 33 van toepassing, Daat staat: "Hij die gelegen heid of middelen verschaft om enig strafbaar feit te plegen wordt gestraft. Art. 131 heeft een en ander van te voren al omschreven. Hieruit volgt dus dat het verschaffen van gelegenheid mede strafbaar is. Ik hoop dat mijn juridische kennis voldoende is om u een en ander duidelijk te kunnen maken, ook wat de eventuele consequenties betreft. Onze uitleg is dat het beschikbaarstellen van de Trapkes om sabotagevoorlichting te geven als een misdrijf kan worden aangemerkt, De duidelijke vraag aan u is: helpt uw college hieraan mee? Wij willen daarop graag ook een duide lijk antwoord hebben. De brief van het bestuur is dus onvolledig. Er moét in staan dat er ook geen gelegenheid wordt gegeven. Het lijkt mij niet beslissend of er een jaar geleden of op een ander tijdstip bijeenkomsten van de werk groep leger zijn geweest; men moet zich ook duidelijk van voorlichting over sabotage binnen de muren van de Trapkes distantiëren. Onze frac tie stemt alleen in met het verlenen van subsidie wanneer het bestuur inderdaad aan het college schrijft dat het de brief wil aanvullen in de zin als door mij bedoeld. De heer SANDBERG: Na het uitvoerig betoog van de heer Kramer geloof ik vrij kort te kunnen zijn, alhoewel ik, sprekend namens de meerderheid van mijn fractie, zijn standpunt niet geheel kan onder schrijven, Helaas moet ik hierbij nog aantekenen dat juist die meer derheid van onze fractie nu niet aanwezig kan zijn. De V.V.D, heeft in het verleden altijd vrij positief gestaan tegenover het vestzaktheater; indertijd was Breda een van de pioniers met een vestzaktheater. Vanuit die sympathie zouden wij dit ook dit jaar nog wel willen benaderen. Dat neemt niet weg dat er natuurlijk een ontwikkeling is, die ons met veel zorg vervult. De belangstelling loopt terug, dat is heel duidelijk.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1971 | | pagina 676